De lijst van VS-interventies in Latijns-Amerika is zeer lang en zeer bloedig

Op 14 oktober deelde het Pentagon een video van een VS luchtaanval op een Venezolaanse boot. Foto: screenshot video

FacebooktwitterFacebooktwitter
De VS voert de druk op tegen Venezuela. President Trump laat de buitenlandse inlichtingendienst CIA openlijk toe om ondermijnende acties te organiseren in het Caribische land en legt nog meer economische sancties op om de Venezolaanse regering ten val te brengen. Dit is echter geen nieuw beleid, dit is de consequente voortzetting van het beleid van al zijn voorgangers.

De VS voert de druk op tegen Venezuela. President Trump laat de buitenlandse inlichtingendienst CIA openlijk toe om ondermijnende acties te organiseren in het Caribische land en legt nog meer economische sancties op om de Venezolaanse regering ten val te brengen. Dit is echter geen nieuw beleid, dit is de consequente voortzetting van het beleid van al zijn voorgangers.

Recent heeft president Trump de vijandige acties tegen Venezuela sterk opgevoerd. Hij staat de CIA openlijk toe om ‘covert actions’ uit te voeren. Dat is een stijlbreuk met alle presidenten voor hem sinds de CIA werd opgericht in 1947.

Alle presidenten voor hem begrepen dat de essentie van ‘covert actions’ is dat ze ‘covert’ blijven en dus nooit kunnen worden teruggeleid tot een bevel van de president. Venezolaans president Nicolás Maduro reageerde er gevat op: “Kan iemand echt geloven dat de CIA niet al 60 jaar actief is in Venezuela?”

President James Monroe

De geschiedenis geeft hem alvast gelijk. De VS-inmenging in Latijns-Amerika is geen nieuw fenomeen, maar een patroon dat al twee eeuwen oud is. Wat Trump doet is een consequente verderzetting van de doctrine die president James Monroe (1817-1825) uitsprak in 1823.

Deze doctrine kwam er in 1823 op neer dat de VS geen inmenging duldden van andere machten in de Amerika’s, van het noorden van Canada tot Vuurland in Argentinië. In diezelfde doctrine van Monroe verklaarde hij dat de VS aanvaardden dat Afrika en Azië niet tot hun invloedssfeer behoorden en dat de Europese koloniale machten – niet de mensen die er woonden – vrij waren om daar te handelen naar believen.

President Monroe regeerde in 1823 over de helft van de huidige VS, maar de ambitie voor veel meer was er al. Schilderij Samuel Morse/Public Domain

Sinds president Monroe heeft elke president na hem die doctrine rigoureus toegepast, en is deze na de Tweede Wereldoorlog uitgebreid tot de hele wereld. Dat ging in zijn meest vriendelijke vorm van preferentiële economische relaties met regimes die hen gunstig gezind waren tot het andere uiterste van militaire invasie met eigen troepen of steun aan een militaire staatsgreep door binnenlandse bondgenoten.

Trump beroept zich nu openlijk op die Monroe-doctrine. Zijn aanpak verschilt hoogstens in de retoriek die hij gebruikt. Nogmaals een stijlbreuk, geen inhoudelijke.

De lijst van VS-interventies in Latijns-Amerika is zeer lang en zeer bloedig. Hieronder geven we een overzicht.

Van 1823 tot de Tweede Wereldoorlog

Tussen 1846 en 1848 vielen de toenmalige VS buurland Mexico meermaals aan, waarbij het land werd bezet tot en met de hoofdstad Mexico City. De VS annexeerden vervolgens één derde van het grondgebied (California, Nevada, Utah, Arizona en delen van New Mexico, Colorado, Kansas en Wyoming). Het noorden van Mexico werd daarna nog militair bezet in 1914 en in 1916-1917.

In 1848 annexeerden de VS één derde van het grondgebied van Mexico. Map: kballen/CC BY-SA 3:0

Toen Cuba zich in 1898 wist te bevrijden van de Spaanse kolonisatie vielen de VS het land binnen en legden het een formele onafhankelijkheid op in 1902, met een Grondwet die de VS toelieten het land binnen te vallen wanneer dat volgens de VS noodzakelijk was. Tevens dwongen de VS een verdrag af voor een permanente zeebasis in Guantánamo Bay. Cuba heeft dat verdrag opgezegd in 1959 met het argument dat dit verdrag was opgelegd. De VS bezetten de basis nog steeds.

Om zijn belangen in Cuba te ‘verdedigen’ viel de VS Cuba nogmaals binnen in 1906-1909 en in 1917-1922, waarna opeenvolgende dictaturen het eiland op een pro-VS-koers hielden. Sinds Cuba de laatste dictator Fulgencio Batista kon verdrijven in 1959 poogden de nieuwe machthebbers aanvankelijk een neutrale middenkoers te varen, maar de VS eisten de onverminderde verderzetting van hun economische dominantie. In 1962 legde president Kennedy een economische blokkade op die nog steeds voortduurt in 2025.

Toen Puerto Rico er bijna in slaagde de Spaanse kolonisator aan de dijk te zetten vielen de VS het eiland binnen in 1898. Puerto Rico is nog steeds een arme kolonie van de VS, waar de burgers geen stemrecht hebben in de verkiezingen van de VS.

Colombia weigerde een kanaal te graven in het departement Isthmus (‘landengte’) dat volledig onder eigendom zou komen van de VS. Daarop steunden de VS een afscheidingsbeweging en richtten het ‘onafhankelijke’ land Panama op in 1903. De VS bleef dat nieuwe land nog bezetten tot 1913 en bouwde tussen 1904 en 1914 het huidige Panama-kanaal. Panama kreeg als munt de VS-dollar en de kanaalzone bleef officieel VS-territorium volgens een opgelegd verdrag tot 1979. Trump wil de kanaalzone nu terug annexeren.

President Carter’s buitenlands beleid (hier met senator Joe Biden in 1978) was een kopie van zijn voorgangers. Foto: whitehouse.gov/Public Domain

President Carter stemde in met die overdracht, vanuit de idee dat Panama toch volledig onder economische controle van de VS bleef. Dictator Manuel Noriega en zijn voorgangers hielden het land goed onder de VS-paraplu, maar toen hij in 1988 een meer onafhankelijke koers begon te varen, vielen de VS het land terug binnen in 1989. Noriega werd vervolgens veroordeeld tot levenslang voor zijn aandeel in de drugshandel, die hij tot 1988 jarenlang met steun van de CIA had geleid. Een deel van de winsten van die drugshandel werd gebruikt voor de financiering van de Contra’s in Nicaragua.

Nicaragua werd door de VS militair bezet in 1912-1925 en 1926-1933 om de wankelende dictatuur in stand te houden en de guerrilla onder leiding van Augusto Sandino te vernietigen. De naar hem genoemde Sandinisten bevrijdden het land in 1979 van dictator Anastasio Somoza. Daarop gaf president Reagan logistieke en financiële steun aan de Contra’s, soldaten van het voormalige leger van de dictatuur. Zij richtten hun moordende repressie vanuit buurland Honduras volledig op de verwezenlijkingen van de Sandinisten. Hun slachtoffers waren vooral leerkrachten, landbouwingenieurs, priesters, dorpshoofden, inheemse leiders, landbouwcollectieven, graanmolens, bakkerijen, etcetera.

Het meest schrijnende voorbeeld van VS-hegemonie is de halve eilandstaat Haïti. Sinds dat land zich in 1804 als allereerste in de Amerika’s wist te bevrijden, dan nog wel door zwarte slaven, werd het nieuwe land tot vandaag daarvoor gestraft.

Haïti werd door de VS bezet in 1915-1934, in 1994-1995 en in 2004. De VS lieten tweemaal Bertrand Aristide, de eerste democratisch verkozen president van Haïti, afzetten. Elke poging tot economische soevereiniteit wordt tot vandaag gedwarsboomd door de VS, Canada, Frankrijk en Groot-Brittannië.

De Dominicaanse Republiek, de andere helft van het eiland met Haïti, werd bezet in 1916-1924, om pas te vertrekken nadat een veilige pro-VS-dictatuur was geïnstalleerd. Toen in 1965 het land opnieuw dreigde een onafhankelijke economische koers te varen werd het land opnieuw bezet.

Na de Tweede Wereldoorlog tot het einde van de Koude Oorlog

Na de Tweede Wereldoorlog profileerde de VS zich als enige overblijvende grootmacht ter wereld. Aanvankelijk gingen militaire invasies nog gezwind door, nu onder de dekmantel van de strijd tegen het ‘communisme’. Dat ‘communisme’ was een containerterm, die echte communisten – die in Latijns-Amerika nooit een sterke beweging zijn geweest – op een hoopje gooide met iedereen die een van de VS onafhankelijke koers wilde varen.

Republikeins President Eisenhower bespreekt de plannen voor de staatsgreep in Guatemala met minister van buitenlandse zaken John Foster Dulles, die al door zijn voorganger Democratisch president Truman werden goedgekeurd. Foto: whitehouse.gov/Public Domain

In 1954 viel de VS Guatemala binnen – de enige staatsgreep op verzoek van één VS-bedrijf – om de belangen van bananenexporteur United Fruit te beschermen. Het bedrijf bestaat nog steeds en heet nu Chiquita. Democratisch verkozen president Jacobo Arbenz was een liberaal nationalist en voormalig legergeneraal. Hij wilde een liberale economie ten bate van zijn eigen land, niet van buitenlandse bedrijven.

Zijn sociale hervormingen werden door het nieuwe marionettenregime onmiddellijk afgeschaft en tot 1996 woedde in het land een gruwelijke burgeroorlog, waarbij het leger ruime steun kreeg uit de VS om vooral de inheemse Maya-bevolking uit te moorden.

In deze opsomming hoort tenslotte ook een mislukte militaire invasie thuis. In 1961 poogde een huurlingenleger van VS-soldaten Cuba te bezetten, dat dan nog maar twee jaar bevrijd was van de dictatuur door Fidel Castro en de zijnen, de fameuze invasie van de Varkensbaai.

In 1983 viel het VS-leger het piepkleine eiland Grenada binnen, dat als enige exportproduct nootmuskaat heeft, met ongeveer 90.000 inwoners. Een linkse regering die de welvaart wilde verdelen onder de bevolking werd afgezet. Het excuus was dat Cuba er een luchthaven zou bouwen ter voorbereiding van een invasie in de VS – die luchthaven werd inderdaad gebouwd door Cubaanse bouwvakkers met steun van de EU voor het toerisme.

Hoe belachelijk ook, het idee dat Cuba de VS zou willen binnenvallen werd in de westerse media volledig overgenomen. Noam Chomsky gaf daar toen volgende commentaar over: “Dit is alsof Luxemburg ermee zou dreigen de Sovjet-Unie binnen te vallen.”

Over naar militaire staatsgrepen

Naast deze grote directe militaire operaties zijn er ook nog de talloze staatsgrepen geweest die de eigen legers zelf pleegden maar achteraf steeds goedkeuring en steun kregen van de VS. Dit zijn de voornaamste:

In 1964 werd de democratisch verkozen socialistische president van Brazilië João Goulart afgezet door het leger – met onder meer in zijn rangen de jonge luitenant Jair Bolsonaro – en bleef het leger aan de macht met VS-steun tot 1985.

In 1971 werd de democratisch verkozen linkse president Juan José Torres in Bolivia afgezet, waarna een brutale militaire junta het land onderdrukte tot 1982.

Chileens President Allende (r) benoemt Augusto Pinochet op 24 augustus 1973 tot opperbevelhebber van het leger. Pinochet heeft de plannen van VS-president Nixon en minister van buitenlandse zaken Henry Kissinger voor de staatsgreep 18 dagen later reeds op zak. Foto: elclarin.cl/Public Domain

De meest spectaculaire staatsgreep met directe steun én voorbereiding vanuit het Witte Huis en de VS-ambassade bracht de eveneens socialistische democratisch verkozen president van Chili Salvador Allende ten val in 1973 op wat in Latijns-Amerika nog steeds ‘de eerste 11 september’ wordt genoemd. Dictator Augusto Pinochet bleef aan de macht tot 1990.

In 1976 bracht het leger president van Argentinië Isabel Perón ten val, waarna een militaire junta de meest wrede repressie voerde van heel Latijns-Amerika, waarbij elke vorm van dissidentie moorddadig werd onderdrukt met behulp van de geheime operaties van de CIA. Het aantal vermoorde of verdwenen Argentijnen zal waarschijnlijk nooit bekend worden, maar wordt geschat in de tienduizenden

De junta kwam reeds na 9 jaar ten val door eigen corruptie en verdeeldheid in het leger. Een ultieme poging van het regime onder Jorge Videla om de junta te redden met een nationalistische invasie van de Malvinas mislukte. De Falkland eilanden voor de kust van Argentinië worden nog steeds tot vandaag gekoloniseerd door Groot-Brittannië. Videla maakte de fatale fout om in te gaan tegen een bondgenoot van de VS.

Het begon in 2002 met een mislukte staatsgreep

Enerzijds is de suprematie van de VS over Latijns-Amerika nog steeds aanzienlijk, maar de middelen die de VS daarvoor kunnen inzetten worden steeds minder krachtig en de Latijns-Amerikaanse bevolking neemt het niet langer. Een poging tot staatsgreep in 2002 tegen de Venezolaanse president Hugo Chávez mislukte spectaculair na amper 42 uur.

Wat Trump nu doet met Venezuela gaat met andere woorden terug op een zeer lange traditie in het buitenlands beleid van de VS. Trump kan echter niet meer wat zijn voorgangers voor de Tweede Wereldoorlog konden: gewoon zonder al te veel uitleg militair binnenvallen en het regime van hun keuze opleggen.

Na de Tweede Wereldoorlog werden ook directe invasies steeds lastiger en werd meer en meer overgegaan tot steun aan binnenlandse krachten binnen het leger en de economische elite.

Ook dat laatste wordt moeilijker. De VS doen nu beroep op zogenaamde ‘lawfare’. Dat bestaat er in ‘juridisch advies’ te geven aan politieke krachten om presidenten en politici af te zetten op basis van vermeende vermoedens van corruptie.

Dat lukte onder meer in Brazilië tegen president Lula en president Rousseff en tegen president Lugo in Paraguay. Maar ook dat wordt er niet eenvoudiger op. De operatie tegen Lula die president Bolsonaro aan de macht bracht heeft zich totaal tegen de VS gekeerd.

Venezuela dan maar?

In de lijsten van invasies en staatsgrepen hierboven is er één land dat bijna nooit ter sprake kwam. Venezuela, het land met de grootste petroleumvoorraad ter wereld, was altijd een zeer trouwe VS-bondgenoot.

Sinds de verkiezing van Hugo Chávez in 1998 kwam Venezuela echter bovenaan de to-do lijst in Washington te staan. Chávez brak immers met het neoliberale beleid dat de VS decennialang aan het land oplegden. Zijn regering betaalde de olie-inkomsten niet langer uit aan de aandeelhouders van Chevron en andere oliegiganten, maar zette het in voor armoedebestrijding, alfabetisering, onderwijs, gezondheidszorg. Bovendien ging hij samenwerken met andere linkse regeringen in Latijns-Amerika.

Dat was uiteraard onaanvaardbaar voor Washington. Onder zowel Republikeins president George W. Bush als Democratische presidenten Barack Obama en Joe Biden vloeiden miljoenen dollars naar extreemrechtse oppositiegroepen, die onder een dekmantel als ngo’s of democratische bewegingen opereren, met daarnaast aanslagen en gewelddadige provocaties waar de CIA met zijn ‘covert actions’ de hand in heeft.

Uit deze kaart van 2017 blijkt dat de drugshandel vanuit Venezuela enkel bestaat tussen Venezuela en de Caribische eilanden. Die situatie is nog steeds dezelfde. Er is geen drugsverkeer naar de VS vanuit Venezuela. Zowat alle drugs in de VS komen uit Colombia en Ecuador. Map US Coast Guard

In 2015 verklaarde president Obama dat Venezuela “een buitengewone en ongewone bedreiging voor de nationale veiligheid van de VS” vormde – een uitspraak die zelfs door de rechtse Venezolaanse oppositie absurd belachelijk werd genoemd.

De impact van de VS in Latijns-Amerika wordt goed samengevat in twee cynische grapjes die nog steeds zeer populair zijn in het continent. Een VS-diplomaat zegt aan een Mexicaans minister dat hij moet verklaren dat Cuba een gevaar is voor Mexico. De minister antwoordt: “Dat kan ik niet doen, want dan valt de helft van Mexico dood van de slappe lach”. “Waarom gebeuren er nooit staatsgrepen in de VS? Omdat er in Washington geen VS-ambassade is.” Het is vandaag onder Trump niet anders.

Eén lijn van Monroe tot Trump

Wat Trump nu doet past dus perfect in het beleid van alle VS-presidenten van de voorbije tweehonderd jaar. Zelfs als Venezuela niet ingaat op de militaire provocaties door de VS met het kelderen van kleine boten met Venezolanen aan boord heeft zijn agressie reeds effect.

Venezuela is verplicht zijn militaire inspanningen op te voeren ten koste van zijn maatschappelijk beleid. Daarbovenop zijn er nog de zware economische sancties die elk jaar slachtoffers eisen, in het bijzonder bij zieken die niet aan de nodige geneesmiddelen geraken door de blokkade.

Het gaat de VS uiteraard in de eerste plaats om de aardolie en aardgas in de bodem van Venezuela. Maar er is meer. Dit is tevens een kwestie van ideologische dwang. Een bloeiend, onafhankelijk en progressief Venezuela zou een zeer slecht voorbeeld zijn voor andere landen die zich willen onttrekken aan de neoliberale wereldorde. Daar gaat de Monroe-doctrine van de 21ste eeuw over.

Overmacht VS botst op zijn grenzen

Volgens recente peilingen is een meerderheid van de VS-burgers gekant tegen een invasie in Venezuela. Enkele senatoren van beide machtspartijen dienden een resolutie in om Trump te verhinderen militair geweld te gebruiken tegen Venezuela.

De dreiging met oorlog tegen Venezuela is echter niet uitzonderlijk. Het is de 21ste-eeuwse versie van een doctrine die op een brede consensus kan bogen bij de meeste Democraten en Republikeinen.

Minister van Buitenlandse Zaken Marco Rubio (r) wil al jaren een militaire invasie van Venezuela. Foto: US Coast Guard/Public Domain

Het buitenlands beleid van Trump is ten gronde dat van al zijn voorgangers. Er zijn twee verschillen. Trump zegt het openlijk lompweg, presidenten als Obama en Clinton voerden hetzelfde agressieve beleid met veel meer diplomatische bewoordingen.

Wat Trump en de zijnen niet willen inzien is dat de overmacht van de VS tanend is. Die frustratie is een deel van de intensiviteit waarmee de VS nu een oorlog trachten te provoceren met Venezuela. Of dat zal lukken valt niet te voorspellen.

Zij dromen van de terugkeer van een Great America dat naar believen eender welk Latijns-Amerikaans land kon binnenvallen. Of die tijden terugkomen is zeer twijfelachtig. Maar zelfs een tanende militaire macht als de VS kan nog lelijk uithalen.

 

In dit overzicht ontbreken de ontelbare covert actions van de CIA om verkiezingen te manipuleren, kandidaten te bedreigen of te vermoorden, telresultaten te vervalsen, zoals onder meer beschreven werd in het boek Inside the company – The CIA Diary van voormalig CIA-agent Philip Agee, die in Ecuador, Uruguay en Mexico actief was. Dan zijn er nog de door de CIA georganiseerde doodseskaders die hun hoogtepunt kenden in de jaren 1980 in Centraal-Amerika. Het is een tactiek die de VS overnamen van de Britten en de Fransen in hun kolonies en van de Duitsers in de bezette Oost-Europese gebieden tijdens de Tweede Wereldoorlog.

Artikel oorspronkelijk verschenen in DeWereldMorgen.be.