Koude Oorlogskoorts, een genuanceerd boek over Stalin? In 2023? Hoe durf je…

Amper 25 jaar later is deze rafelige door de Tsaristische geheime politie vervolgde jongeman de grote Sovjetleider tijdens de terreur van 1937. Foto: Public Domain

FacebooktwitterFacebooktwitter

Charles Ducal schreef met ‘Koude Oorlogsbuit Totalitarisme – over Stalin, archieven en Hannah Arendt’ een genuanceerd boek over Stalin, én over Hannah Arendt. Terwijl Rusland Oekraïne belegert en de Holodomor als een door Stalin gewilde genocide wordt gebrandmerkt, dit boek? Een gewaagde gok? Wel, lees het en oordeel dan.

Toen ik in de mail het voorstel kreeg om het boek Koude Oorlogsbuit van Charles Ducal te recenseren, heb ik even geaarzeld. Een genuanceerd boek over Stalin met daarbij nog een kritische blik op Hannah Arendt, de filosofe die fascisme en communisme twee Janus-gezichten van hetzelfde fenomeen noemt, en, waarom net nu?

Geen sympathie bij deze recensent voor het Amerikaanse imperialisme sinds de Tweede Wereldoorlog, maar Stalin daarom gaan ophemelen? Neen, daar heb ik wel mijn ideeën over. Die zijn stevig verankerd, net zoals bij menig leeftijdgenoot die de Koude Oorlog 30 jaar lang bewust heeft meegemaakt. Voldoende geïnformeerd, nieuwe inzichten zijn voor mij overbodig. 

Bovendien, er zijn wel andere prioriteiten voor het ogenblik. Dacht ik toch. Maar goed, een boek niet willen lezen omdat ik het al bij voorbaat veroordeel, en dan nog van een auteur met een oerdegelijke reputatie, dat kan ook weer niet. Dus, OK, waarom niet?

Omwille van Hannah Arendt

Het was vooral de ondertitel die me intigreerde, Totalitarisme – over Stalin, archieven en Hannah Arendt. Tijdens de pandemie had ik heel wat leestijd, waaronder Eichmann in Jerusalem – A Report on the Banality of Evil van Hannah Arendt, in een nieuwe pocket van Penguin Classics. 

Dat beviel me wel en ik kocht vervolgens in dezelfde reeks haar The Origins of Totalitarianism, een kanjer van 702 pagina’s. Hij ligt nog op mijn almaar uitbreidende stapel ooit te lezen boeken, die me visueel een aangenaam gevoel geeft, iets wat elke bibliofiel wel zal herkennen. Mijn vrouw en ik blijven ondertussen die stapels maar verhogen met nieuwe aankopen – noem het gerust een boekverslaving. 

Daarnaast mag ik als recensent het genoegen smaken boeken gratis thuis bezorgd te krijgen, die ik mooi ongeschonden ‘ongelezen’ in het boekenrek kan plaatsen, omdat ik de pdf-drukproef al uit heb. Dat valt meestal mee, uitgevers kennen het profiel van deze nieuwssite. Soms valt dat tegen en heel af en toe krijg je een boek waarvan je het niet zeker bij voorbaat weet.

Zoals met dit boek. Eerst en vooral dit. Koude Oorlogsbuit is zeer aangenaam geschreven, niet in die droge dogmatische stijl die heel wat politieke non-fictie kenmerkt. Leesbaarheid is wel degelijk belangrijk. Een boek moet immers niet alleen inhoudelijk OK zijn, het moet ook goed geschreven zijn. Dat is alvast meegenomen. Ducal schrijft vlot en toegankelijk.

Maar goed, Stalin dus én Hannah Arendt. Wordt dit het pleidooi van een diehard stalinist die de feiten ontkent en de onbetwistbare verdiensten van de grote leider opsomt. En wat met Hannah Arendt? Het Woord Vooraf en de Inleiding zetten de toon:

“Hier klopt iets niet. Dat was het gevoel waarop ik mezelf regelmatig betrapte bij het lezen van een aantal boeken en artikels over de Sovjet-Unie in de periode tussen de twee wereldoorlogen. Terwijl het moest kloppen. Aangezien iedereen zei dat het klopte, dat het wel moest kloppen. Dat er geen twijfel mogelijk was.”

“We leerden toentertijd, tijdens onze prille inwijding in het marxisme, dat je ‘alles altijd in zijn juiste kader moet zien’. Daar waren we heel sterk in. Zo sterk dat we uiteindelijk alleen het kader nog zagen en niet wat zich daarbinnen afspeelde.”

“Het lijdt geen twijfel dat iemand die een historische periode heeft leren kennen aan de hand van boeken als Les questions du léninisme of De geschiedenis van de KPSU (Bolsjewiki), vooral moet leren de geschiedenis door de ogen van de slachtoffers te lezen en zich ten volle bewust te worden van het menselijk leed achter de feiten. Maar dat betekent niet dat je kritiekloos het politiek en historisch kader moet overnemen waarin dat leed doorgaans wordt geplaatst.”

“Want er klopt iets niet”

In 1991, kort na de val van de Sovjet-Unie, gingen de archieven open. Zouden zij de vele boeken, artikels, toespraken, lezingen bevestigen of tegenspreken over hoe het er tijdens de Koude Oorlog volgens ons in het vrije Westen aan toe was gegaan in dat verderfelijke regime ten oosten van ons?

Vanuit zijn gevoel dat ‘er iets niet klopte’ ging Ducal op pad door de vele nieuwe boeken die verschenen – zie de indrukwekkende lijst achteraan in het boek – die op basis van deze archieven tot nieuwe inzichten kwamen.

Die kan je grotendeels in twee categorieën indelen: zij die er een bevestiging in vonden van wat ze al dachten ‘er klopt iets niet’ en zij die er niet door overtuigd werden om hun rotsvaste ideeën over de Sovjet-Unie en Stalin te wijzigen.

Wie zonder vooroordelen door dit boek gaat vindt geen ontkenning van de feiten, de terreur, de massa-executies, de goelags en de hongersnood van 1932. De volledige statistieken zijn beschikbaar.

De notulen van de vergaderingen, de afgekondigde besluiten, rapporten over de implementatie, over wat er niet ‘volgens plan’ verliep. De nieuwe Sovjet-Unie deed veel dingen verkeerd, maar één ding konden ze wel: een bureaucratie runnen die alles nauwgezet noteerde.

Wat meerdere nochtans anticommunistische historici in al dat nieuw beschikbare onderzoeksmateriaal echter niet vonden waren bewijzen dat al die gruwel het gevolg zou geweest van doelbewust gewilde beslissingen van één man, van één gek die in zijn machtswaanzin een heel volk had geterroriseerd. 

Een complex en genuanceerd verhaal

Om dat te willen zien in deze archieven was echter een openheid van geest nodig, wat niet elk van deze auteurs gedaan kreeg, maar een heel groot aantal wel. En het is daar dat Ducal ons met zijn boek een inzage in geeft.

“Het weinige archiefmateriaal van voor 1991, maar vooral de massa nieuw onderzoeksmateriaal leverden een veel complexer en genuanceerder verhaal op dan dat van een monolithisch, efficiënt en met ijzeren hand bestuurd terreurapparaat.”

Een eerste mythe die door de archieven wordt weerlegd: Stalins opvolger Nikita Chroesjtsjov was niet de dappere leider die drie jaar na Stalins dood in een geheime speech alle misdaden van Stalin omlijstte. Integendeel, uit die archieven blijkt dat hij allesbehalve een bangelijke volger was, eerder een enthousiast deelnemer aan de terreur. 

Reeds voor de opening van de archieven waren er al auteurs die twijfels uitten bij het imago van Stalin als de allerhoogste leider die de Sovjet-Unie micromanagede. Een van hen was Arch Getty in zijn boek Origins of the Great Purges (1985):

“Hij stond als partijsecretaris aan het hoofd van een partij met scherpe tegenstellingen en vooral onzekere structuren, die vaak ontsnapten aan de controle van de top. Waar haalde Getty zo’n boude bewering vandaan? Uit archiefmateriaal.”

Interne onzekerheid

Onzekerheid verlamde de degelijke werking van de partij- en overheidsstructuren. Die onzekerheid was er niet alleen door de druk van het vijandige buitenland, dat met lede ogen toekeek hoe een enorm land een ander economisch model volgde, dat niet op winst voor een kleine elite gebaseerd was. 

Veel meer onzekerheid was intern. “De partij was nooit zeker van haar invloed op en macht over de bevolking, vooral op het platteland. Ze had nauwelijks wortels onder de boeren, hield te weinig rekening met sociale banden en gebruiken, schatte de mentaliteit verkeerd in en legde haar politiek op met teveel repressie en collectieve dwangmaatregelen om zich breed gesteund te voelen.” 

De partij zat met het probleem van haar eigen ‘succes’. “Ten tijde van de Februarirevolutie in 1917 waren er 24.000 bolsjewieken, over het algemeen ideologisch goed geschoold en gestald door jaren inzet in gevaarlijke omstandigheden… Op het einde van de burgeroorlog waren het er 700.000. Veel van die nieuwe kaders en leden hadden nauwelijks politieke en ideologische scholing en de jarenlange burgeroorlog had hen allesbehalve democratische omgang met anders denkenden geleerd. Wie niet met ons is, is tegen ons: dat was het parool.”

Als er één ding was waardoor Stalin zeker geobsedeerd was, was het niet de zoals hierboven al gemelde wankele controle over zijn eigen rijk, maar de verdediging tegen het buitenland.

“Een belangrijk motief voor de geforceerde industrialisering was het opbouwen van een adequate defensie. In 1927 had de Sovjet-Unie minder tanks en vliegtuigen dan.. Polen. Stalin verwoordde het in 1931 aldus: ‘We lopen vijftig of honderd jaar achter bij de geavanceerde landen. We moeten die achterstand goedmaken in tien jaar tijd. Ofwel slagen we daarin, ofwel verpletteren ze ons’.

Achterdocht en paranoia zat in het hele apparaat verweven. Lagere echelons maakten gebruik van de repressie om komaf te maken met leidende figuren die ze om welke reden dan ook kwijt wilden.

Je kon maar best geen ingenieur zijn in een fabriek waar, om redenen waar je geen enkele controle over had, de productiequota niet werden gehaald. De terreur liep volledig uit de hand met 681.692 executies in 1937-1938 alleen. 

Populair ondanks de terreur?

Hoe slaagde Stalin er dan toch in zeer populair te blijven bij een groot deel van de bevolking? De terreur gold bijna uitsluitend personen met een hoge politieke functie of een grote verantwoordelijkheid. De gewone Russen werden er nauwelijks door geraakt. 

Ik doe het boek onrecht aan met een poging het hier allemaal samen te vatten. Er staat gewoon teveel in, teveel citaten die de werkelijkheid illusteren zoals die uit de archieven bleek.

Geen intentieprocessen, maar zelfs als er dingen mislopen in het land dat je bestuurt die je niet wenste, niet voorzien had, niet op voorbereid was, blijf je als staatsleider verantwoordelijk.

De grootste misdaad die Stalin wordt verweten ging de terreur vooraf, de Holodomor hongersnood van 1932 in Oekraïne die recent door zowel het Vlaamse Parlement als de federale Kamer van Volksvertegenwoordigers werd erkend als genocide.

De cijfers kloppen, de intenties niet

Ducal bevestigt de cijfers. Miljoenen Oekraïeners zijn op een jaar tijd een vreselijke hongerdood gestorven. Hij leest er de boeken over na, die voor 1991 geschreven werden en erna en vergelijkt. Zij bevestigen de cijfers, maar spreken het intentionele karakter ervan volledig tegen. 

Uit de archieven blijkt nergens dat er een intentie achter de hongersnood zat. De Britse historici Robert Davies en Stephen Wheatcroft vatten het zo samen in hun boek The Years of Hunger: Soviet Agriculture 1931-1933: 

“Er is niet één document gevonden dat het concept van een ‘Holodomor-genocide’ in Oekraïne bevestigt of zelfs maar een verwijzing bevat naar etnische motieven voor wat er in Oekraïne en elders gebeurde. De volledige massa documenten toont ontegensprekelijk aan dat de belangrijkste vijand van de Sovjet-Unie niet een vijand op basis van etniciteit was, maar een vijand op basis van klasse.”

Zij kwamen tot de volgende besluiten:

  1. De hongersnood ontstond door een veelvuldigheid aan oorzaken, maar de belangrijkste was het gebrek aan realisme en de gewelddadigheid waarmee de collectivisering van de landbouw werd doorgevoerd;
  2. een juist inzicht in de omvang van de oogst in 1931 en 1932 en de gevolgen daarvan drong veel te laat door tot het Politbureau, omdat die met politieke hardnekkigheid een overdreven gewicht toekende aan sabotage van tegenstanders van het regime en aan een gebrek aan efficiënt en kordaat optreden van lokale besturen;
  3. die hardnekkigheid leidde ertoe dat quota aanvankelijk zo zuinig mogelijk werden gereduceerd en drastische repressiemaatregelen werden genomen in de hoop de quota alsnog te realiseren;
  4. voor het regime was het realiseren van de graanquota van levensbelang omdat het de steden en het leger te voeden had, fondsen moest werven voor de industrie en de buitenlandse staatsschuld binnen de perken moest houden;
  5. de hongersnood werd door de centrale leiding pas laat erkend als prioritair probleem, maar eenmaal zover was haar politiek wel degelijk gericht op het bestrijden ervan ten koste van de export en de graanreserves;
  6. de hongersnood was het ergst in de graanregio’s, maar er was hongersnood in heel de Sovjet-Unie.

Zij sluiten hun onderzoek zo af: “We ontslaan Stalin geenszins van zijn verantwoordelijkheid voor de hongersnood. Zijn beleid tegenover de boeren was meedogenloos en wreed. Maar het verhaal dat in dit boek naar voren komt is dat van een Sovjet-leiderschap dat worstelde met een hongercrisis die deels veroorzaakt was door hun verkeerde beleid, maar die niet verwacht was en ook niet gewenst”.

Totalitarisme, monster met twee gezichten?

Verder beschrijft Ducal nog de methodiek waarmee Koude Oorlogshaviken de vergelijking tussen Hitler en Stalin maakten. Het duivelspact dat Stalin sloot met Hitler blijft tot vandaag een groot twistpunt binnen links.  Zeer goed onderbouwde analyse van Ducal, maar zonder twijfel wordt dit geen afsluiter van dat debat.

Hannah Arendt is de filosofe die in haar boek The Origins of Totalitarianism (1951) de these verdedigde dat communisme en fascisme de twee Janus-gezichten van een en dezelfde ideologie zouden zijn. 

Hier spendeert Ducal in feite het grootste deel van zijn boek aan en het is in feite ook het meest gewaagde deel van zijn boek. Hannah Arendt geniet immers nog steeds een status van onaantastbaarheid in vele linkse kringen.

Hij citeert zeer ruim uit haar boek. De pagina’s in zijn voetnoten refereren naar de Nederlandstalige versie van 2017. Dat maakte het me moeilijk om te vergelijken met de Penguin-pocket, maar enig zoekwerk toont dat zijn referenties kloppen.

Zijn besluit is zoals je mag verwachten, maar de manier waarop hij dat doet is zeer sterk. Ik poog niet het hier samen te vatten, maar in ieder geval, de analyse die Arendt maakt klopt niet. Er staan teveel feitelijke onjuistheden en verkeerde analogieën in haar werk om ze hier op te sommen.

Haar lijvige kanjer ga ik zeker ooit lezen, maar dan zal het zijn met dit boek van Ducal naast mij. En van boeken gesproken, er circuleren op het internet Engelse vertalingen van de werken van de Italiaanse historicus Domenico Losurdo, waar Ducal ook naar verwijst.

Staat al op mijn te lezen lijst, waar zeker nog een paar werken in zijn literatuurlijst achterin het boek bij zullen komen. Niets beter dan een boek dat aanzet om nog meer boeken te lezen.

Hoe overtuigend hij volgens mij hier ook is, ik had het toch wat moeilijk om zijn boek te verzoenen met het beeld dat ik van Arendt had. In zijn nawoord geeft hij datzelfde dubbele gevoel weer:

“Want hoezeer zij ook is ingezet en nog steeds wordt ingezet om het anticommunisme warm te houden, Hannah Arendt is geen propagandiste en geen vastgelopen denker. Er gaat van haar werk iets bemoedigend uit, ik vind geen beter woord, in moreel en ethisch opzicht… Voor wie voorbij de ideologische lading Arendts historische onjuistheden kijkt, werpt haar werk een verhelderend licht op ‘totalitaire’ tendensen in onze westerse samenleving.”

Overtuig me met rationale argumenten

Ducal staat open voor kritiek, onder één voorwaarde: “Grove denkfouten, ideologische uitschuivers, fanatiek doordrammen of schandelijk gebrek aan elementaire kennis die zouden blijken uit wat ik schreef, wil ik dan ook graag erkennen als iemand mij daar op een even rationale wijze van overtuigen kan.”

“Ik heb dit boek niet geschreven om Stalin te verdedigen. Stalin op zich interesseert mij niet, niet zijn leven, niet zijn karakter, niet zijn macht. Wat mij interesseert is hoe de maatschappij in de Sovjet-Unie zich heeft ontwikkeld op politiek, economisch en sociaal vlak. Hoe het systeem werkte of niet werkte, welke krachten van binnenuit en van buitenaf invloed uitoefenden, welke rationele (geen mythische) verklaringen kunnen gegeven worden voor conflicten, terreur en ingrijpende maatschappelijke veranderingen, welke machtsstructuren en machtsrelaties er bestonden.”

“Ik geloof namelijk niet dat één man zo bepalend kan zijn voor de evolutie van een samenleving als het heersende Stalinbeeld ons wil doen geloven. In geen geval heb ik terreur, wantoestanden en vreselijke ervaringen willen minimaliseren of vergoelijken.“

Daar is Charles Ducal uitstekend in geslaagd. Deze recensie begon met een flinke dosis twijfel en eindigt met een positief oordeel. Zo ben ik zelf ook door het boek gereisd. 

Diehard stalinisten en neoliberale denkers zullen hier niet door overtuigd worden. Dat is ook niet nodig. Dit boek richt zich niet tot hen maar tot zij die met openheid van geest durven nadenken en bereid zijn te lezen alvorens te oordelen. 

Naschrift

Zoals hierboven al vermeld, het Vlaams Parlement en de Kamer van Volksvertegenwoordigers hebben met overgrote meerderheid de Holodomor erkend als ‘genocide’. Dit boek toont aan dat ze geen gelijk hebben.

Maar zelfs als ze wel zouden gelijk hebben en als inderdaad zou kunnen worden aangetoond dat de Holodomor het gevolg was van een beleidsbeslissing met die intentie, dan noem ik deze beslissing diep schijnheilig. Ik geloof de oprechtheid van dit initiatief niet. Ik heb daar meerdere redenen voor:

  1. Deze resolutie werd voorgesteld in een periode dat kritische bedenkingen over de oorzaken van de Russische invasie in Oekraïne taboe zijn en je beschuldigingen als Poetin-lovers en minder fraais kosten. Ze is met andere woorden gestemd om net nu heel stoer te doen, niet uit een of ander aanvoelen van diep historisch onrecht. De Holodomor gebeurde in 1932, bijna 90 jaar geleden. Het heeft wel heel lang geduurd voor men tot dit ‘inzicht’ kwam.
  2. Deze Resolutie werd goedgekeurd door dezelfde personen die weigeren de koloniale periode onder Leopold II te erkennen als genocide. Nochtans zijn de archieven veel eenduidiger om die conclusie te trekken dan in het geval van de Holodomor. Anders gezegd, als de beide parlementen het menens zijn met hun principes, verwacht ik snel een Resolutie over Leopold II.
  3. Als het erkennen van historische genocides echt zo oprecht belangrijk wordt aangevoeld kan ik twee werken aanraden als stof voor nog enkele resoluties over genocides. Lees VS-historicus David E. Stannard, American Holocaust – The Conquest of the New World over het ontstaan van de Verenigde Staten van Amerika. Neem daarna Tariq Ali, Winston Churchill – His Times – His Crimes. Daarin vind je wél verwijzingen naar archieven waarin letterlijke beslissingen tot genocide vermeld staan.
  4. Waarom ons beperken tot de genocides van het verre verleden? Op 19 maart is het 20 jaar geleden dat de VS, Groot-Brittannië en een aantal kleinere deelnemende staten Irak binnenvielen. Op deze website verschijnt op die dag een andere kijk op die oorlog dan wat je er over in de mainstream zal lezen. Slechts één ding vermeld ik als voorsmaakje. Bij de invasie van Irak, die volgens president W. Bush een ‘militaire operatie’ (!) was, géén oorlog, werden in de eerste maand alleen (herinner je de naam van die ‘militaire operatie’: Shock and Awe) meer slachtoffers gemaakt dan door Rusland het voorbije jaar in Oekraïne. Elke dode is er een teveel, maar dit geeft toch even stof tot nadenken.
  5. Het zou natuurlijk kunnen dat de voorstanders van de resoluties over de Holodomor van mening zijn dat alleen genocides (echte en vermeende) van onze vijanden hoeven veroordeeld te worden, niet de onze. OK, dan hebt u met het lezen van deze recensie veel nuttige tijd verloren die u had kunnen inzetten voor  andere zonder twijfel zeer dappere ideologische avonturen.
Artikel oorspronkelijk verschenen in DeWereldMorgen.be.