De ‘andere’ top van Latijns-Amerika en EU

Eén van de vele sprekers op de Cumbre was Aleida Guevara, dochter van ...

Eén van de vele sprekers op de Cumbre was Aleida Guevara, dochter van ... (tweede links)

FacebooktwitterFacebooktwitter

Naast de topontmoeting tussen de staatsleiders van CELAC met de EU in Brussel op 10-11 juni 2015 ging ook een ontmoeting door met sociale organisaties uit Latijns-Amerika, samen met Latijns-Amerikanen die in de EU wonen en met Europese solidariteitsorganisaties.

Deze Spaanse veteraan zat ooit in de gevangenissen van Franco, niets van zijn enthousiasme verloren (Cumbre)

Eén van de vele sprekers op de Cumbre was Aleida Guevara, dochter van ... (tweede links) (Cumbre)

Grote aandacht voor de sprekers op de slotzitting in de Basiliek van Koekelberg (Cumbre)

Veel bijval voor de toespraak van Ecuadoriaans president Rafael Correa, ooit nog student economie in Leuven (Cumbre)

In het evenementencomplex Passage 44 te Brussel verzamelden zich bijna 1500 enthousiaste deelnemers aan de Cumbre de los Pueblos (topontmoeting van de volkeren). Thema van de bijeenkomst was: Construyendo alternativas (alternatieven bouwen).

Zowat alle Spaanssprekende landen hadden vertegenwoordigers ter plaatse. Meestal kwamen ze vanuit diverse hoeken van de EU, Duitsland, Frankrijk, Spanje, Italië, maar ook heel wat Latijns-Amerikanen waren speciaal voor deze samenkomst overgevlogen uit Colombia, Ecuador, Nicaragua, Honduras, Argentinië, Chili, Uruguay, Cuba en Venezuela.

Opvallend veel aanwezigen toonden hun solidariteit met die laatste twee landen. Dat zag je onder meer aan de T-shirts met de eigen vlag samen met die van Cuba en/of Venezuela of aan de beeltenis van Hugo Chávez op T-shirts uit Honduras, Uruguay, Colombia…

Neoliberaal eenheidsdenken

De top startte nogal chaotisch, maar het enthousiasme en de Latijnse flair voor last-minute-improvisatie maakte dat iedereen vrij snel zijn weg vond naar de acht mesas(’tafels’, de werkgroepen):

  • de verdere integratie van de Latijns-Amerikaanse volkeren in de nieuwe organisaties CELAC/UNASUR/ALBA;
  • hoe moeten sociale bewegingen omgaan met vrijhandelsakkoorden;
  • vrede en solidariteit: interventies en sancties;
  • sociale bescherming;
  • de klimaatverandering;
  • mensenrechten voor iedereen;
  • hoe omgaan met de overmacht van de massamedia;
  • het conflict tussen Chevron/Texaco en Ecuador.

Kortom, te veel om allemaal bij te wonen. Zelf heb ik in de voormiddag de werkgroep over sociale bescherming gevolgd. Woordvoerders van Europese en Latijns-Amerikaanse vakbonden wisselden er van gedachten en benadrukten het belang van een sterke sociale zekerheid voor een stabiele en rechtvaardige economie, ten bate van iedereen.

In de namiddag modereerde ik zelf de werkgroep over de media. Ook daar veel enthousiaste tussenkomsten uit het publiek. Er was opvallend veel sympathie voor de zender Telesur, het linkse antwoord van een aantal progressieve regeringen op de commerciële massamedia, die in zowat alle Latijns-Amerikaanse landen (Venezuela inbegrepen) ook na meer dan tien jaar linkse lente nog altijd het overgrote leeuwendeel van de media overheersen.

Om 16.30 uur volgde nog een afzonderlijke samenkomst waar de relatie tussen linkse parlementsleden en de sociale bewegingen werd besproken. De dag werd besloten met een gezamenlijke slotzitting in de Basiliek van Koekelberg, waar onder meer president Correa een bezielende toespraak gaf en de westerse ‘hegemonie van het neoliberale eenheidsdenken’ aan de kaak stelde.

Latijns-Amerikaanse begeestering versus Europese apathie

Opvallende afwezigen op deze samenkomst waren blanke Europeanen. De vertegenwoordigers van Europese solidariteitsorganisaties zijn grotendeels zelf mensen met roots in Latijns-Amerika. Dit soort samenkomsten behoort niet langer tot de politieke cultuur van het maatschappelijk middenveld in de EU. Dat heeft alles te maken met de fundamenteel verschillende maatschappelijke context, geschiedenis, sociale verhoudingen…

Latijns-Amerika was ooit een compleet gekoloniseerd continent en heeft lange periodes van militaire, door de VS (en Europa) gesteunde dictaturen achter zich, Europa was een continent van kolonisatoren maar heeft ook reeds zestig jaar sociale welvaartsstaat op de teller staan.

Bewust of onbewust blijft dat doorspelen in de manier waarop Europese journalisten over dat verre continent schrijven. Topontmoetingen als deze worden in de Europese media dus meestal ofwel genegeerd of eerder meewarig omschreven als ‘voorbijgestreefd’.

In Latijns-Amerika zijn samenkomsten als deze echter de kern van het politieke gebeuren. Mensen ontmoeten elkaar en dat gevoel van verbondenheid is reëel. Sinds in Latijns-Amerika zoveel sociaal progressieve regeringen de verkiezingen gewonnen hebben en blijven winnen, is die dynamiek in een stroomversnelling gekomen.

In Europa maakt men nog altijd de fout te denken dat die linkse golf een recent fenomeen is. De bewegingen die linkse presidenten aan de macht brachten in Venezuela, Bolivia, Ecuador, Argentinië, Brazilië en Chili hebben tientallen jaren aan de weg getimmerd, onder de radar van de westerse media en hun kompanen van de commerciële media ginder. Die verkiezingssuccessen werden hier steevast als ‘verrassingen’ voorgesteld. Ginder wist men wel beter, dit stond er al jaren aan te komen.

Men kan er echter niet omheen dat de grote massabewegingen van Latijns-Amerika die nu streven naar de verwezenlijking van hun eigen sociale welvaartsstaten weinig solidariteit vinden bij de Europese bevolking. Het is ook wennen voor Latijns-Amerikaanse vertegenwoordigers en politici om vast te stellen dat hun massabewegingen hier nauwelijks weerklank vinden bij de grote sociaaldemocratische en christendemocratische partijen. Ook de groene partijen en bewegingen van Europa zijn opvallend afwezig op deze samenkomsten.

De Europese bevolking is grotendeels onbewust van de grote veranderingen ginder en voelt zich er nauwelijks bij betrokken. Toch staat ondertussen datzelfde model van de sociale welvaartsstaat dat nu in Latijns-Amerika vorm begint te krijgen, hier in Europa zwaar onder druk.

Dat is deels te wijten aan de selectieve manier waarop de media hier over Latijns-Amerika berichten (zie bijvoorbeeld de reportagereeks ¿Qué pasa Venezuela? van de VRT over Venezuela). Dat hebben de Latijns-Amerikaanse volkeren alvast gemeen met de Europeanen. De massamedia zijn hier en ginder een deel van het probleem…

Artikel oorspronkelijk verschenen in DeWereldMorgen.be.