Chinese arbeider eist zijn deel van uw iPhone

De in Hong Kong gevestigde organisatie SACOM (Students and Scholars against Corporate Misbehavior) volgt de wantoestanden in Aziatische fabrieken op de voet, o.a. in de Foxconn fabrieken in China die de iPhones van Apple produceren

De in Hong Kong gevestigde organisatie SACOM (Students and Scholars against Corporate Misbehavior) volgt de wantoestanden in Aziatische fabrieken op de voet, o.a. in de Foxconn fabrieken in China die de iPhones van Apple produceren

FacebooktwitterFacebooktwitter

Telkens een nieuwe iPhone op de markt komt, staan enthousiaste kopers in de rij voor de aankoop van hun favoriete hebbeding. Hoe hun iPhone is gemaakt, daar staan ze niet bij stil. De technologische revolutie is echter gebaseerd op sociale achteruitgang. In China en andere Aziatische landen komen de arbeiders daartegen in opstand

Deze week brak een opstand uit in de slaapzalen van werknemers van het Taiwanees bedrijf Foxconn in de noordoostelijke Chinese stad Taiyuan. Het bedrijf stelde in een persmededeling dat het de feiten onderzoekt, maar dat de klachten ‘blijkbaar niets met het werk te maken hebben’. Apple verwees voor elke commentaar naar het bedrijf.

Elke vooruitgang heeft zijn prijs

Niemand betwist dat producten als de iPhone hoogstandjes van technologische creativiteit en innovatie zijn. Deze nieuwe communicatiemiddelen hebben ongekende mogelijkheden gecreëerd en stimuleren ook andere economische ontwikkelingen.

Alles heeft echter zijn prijs. Dat deze technische snufjes zo relatief goedkoop kunnen verkocht worden, is deels te danken aan het schaalvoordeel van de massale productie. Een groot deel van die lage prijs wordt echter verwezenlijkt door de productie naar lageloonlanden te verplaatsen, o.a naar China.

Foxconn en Pegatron zijn twee van de grootste bedrijven actief in China voor de assemblage van iPhones en andere verwante producten, computers, laptops, beeldschermen … Foxconn alleen heeft 1.100.000 personen in dienst en werft nog steeds aan. Overal rond de grote steden in China staan nieuwe fabrieken van dit megabedrijf in de steigers.

Lage lonen, slechte werkomstandigheden

Meer en meer rapporten verschijnen op het internet over onaanvaardbare werkomstandigheden en lage lonen. Bedrijven als Foxconn krijgen meer en meer te maken met revoltes in de eigen fabrieken. De niet aflatende werkdruk leidt ondermeer tot verontrustend hoge zelfmoordcijfers onder de werknemers.

Ondanks de geringe werkzekerheid – er zijn in China werkzoekenden te over – breken meer en meer sociale protestacties, zitstakingen, betogingen uit. Die worden zelden of niet gesteund door de officiële vakbonden.

Apple, het bedrijf dat de iPhone verkoopt, voelde zich al meermaals verplicht persverklaringen rond te sturen waarin het bedrijf benadrukt dat het alle arbeidswetten respecteert, waar ook ter wereld. Dat blijkt niet te kloppen.

SACOM

De in Hong Kong gevestigde organisatie Students and Scholars against Corporate Misbehaviour (SACOM – studenten en academici tegen wangedrag van de bedrijven) meldt wantoestanden in bedrijven zoals Foxconn en Pegatron.

De rapporten van SACOM liegen er niet om:

  • werknemers worden verplicht tot buitensporige prestaties van overuren tijdens de piekmomenten van de productie (zoals bij de verschijning van een nieuw model), waarbij 80 tot 100 overuren per maand geen uitzondering zijn;
  • werknemers krijgen slechts een beperkt vast maandloon, de helft tot meer van hun reëel inkomen hangt af van de bereikte productiequota die moeten behaald worden zonder dat met gepresteerde uren rekening wordt gehouden;
  • weekendwerk (zondagwerk moet in China officieel dubbel betaald worden) wordt niet betaald maar omgezet in verlofdagen (één dag per zondag);
  • er worden geen of te laat toiletbreaks toegestaan wat na verloop van tijd tot gezondheidsproblemen leidt;
  • tijdens piekmomenten worden massaal studenten/stagiairs ingezet die nog minder betaald worden en geen enkele sociale zekerheid of ongevallenverzekering hebben;
  • er zijn geen veiligheidsvoorzieningen voor het gebruik van chemische stoffen zoals lijm en verdunners (thinner), producten die essentieel zijn voor de assemblage van iPhones;
  • werknemers worden tijdens piekmomenten naar andere fabrieken overgeplaatst waar ze in grote slaapzalen moeten overnachten (waar de spanningen dan tot revoltes leiden zoals vorige week in Taiyuan)

Géén nieuw verschijnsel

De massale delokalisatie van industriële productie is al sinds de jaren ’80 bezig. De VS alleen heeft sinds 1979 acht miljoen banen in de productieve sectoren verloren. Ook de Europese arbeiders ondervinden de gevolgen van deze evolutie. Foxconn en anderen zijn dus zeker geen nieuwkomers op de ‘markt’.

De economische crisis sinds 2008 heeft echter een en ander in een stroomversnelling gebracht. Foxconn bouwt voortdurend nieuwe vestigingen en begint ook meer en meer in het continentale westen van China door te dringen – omdat de lonen aan de oostkust al te hoog beginnen te worden. Het binnenland van China functioneert daarbij als een interne ‘Derde Wereld’.

Sporadische successen

Het sociaal verzet is af en toe wel succesvol. Dat is echter relatief. Recent heeft het bedrijf in een aantal vestigingen 16 procent opslag toegegeven, het loon werd er van 244 naar 283 dollar verhoogd (220 euro). Daarmee verdienen de werknemers van Foxconn meer dan het gemiddelde loon van ongeschoolde en laaggeschoolde werknemers, maar nog altijd te weinig om te sparen, een huis te kopen, kinderen naar schoool te sturen …

Het bedrijf stelt inderdaad geen hoge opleidingseisen aan kandidaten. Een groot deel van die kandidaten heeft echter wel degelijke hoge tot zelfs universitaire opleidingen achter de rug. Ook die gebroken verwachtingen creëren spanningen.

Jobs, Steve Jobs en het Apple-systeem

Steve Jobs, de recent overleden baas van Apple, werd alom bejubeld voor zijn geniale creativiteit, zijn talent voor innovatie, zijn vernieuwende bedrijfsaanpak. Hij was ook bekend voor zijn ongeduld om nieuwe ideeën en uitvindingen zeer snel toepasbaar te maken en te gaan produceren.

Op een bepaald ogenblik had het bedrijf een procédé klaar voor de productie van krasvrije schermen. Steve Jobs wilde dat die toepassing zes weken later al in de winkelrekken zou liggen. Zijn medewerkers begrepen onmiddellijk hoe ze dat moesten verwezenlijken. De bestelling werd geplaatst bij hun Chinese bedrijven en klaar was kees.

Zelfs conservatieve economen zien deze evolutie met argusogen aan. Jared Bernstein was van 2009 tot 2011 lid van het economisch team van Obama en persoonlijk adviseur van vicpresident Joe Biden. Dit was zijn recente commentaar: “Als het systeem van Apple het summum wordt van het systeem, dan moeten we ons zorgen maken”.

Niet alleen iPhones

Azië en China zijn niet alleen de koplopers geworden van de productie van hoogtechnologische toestellen. Zowat 80 procent van alle wereldwijd verkochte speelgoed wordt in China in elkaar gestoken.

De aankopers van de allernieuwste iPhone zijn zich zelden van deze achtergrond bewust. Ze hebben er echter alle belang bij om deze toestand aan te pakken. De arbeidsellende achter hun favoriete speeltje komt immers naar hier terug. Net als moderne communicatie zijn werkomstandigheden over de hele wereld met elkaar verbonden. De sociale onrust in China en Azie zal onvermijdelijk toenemen.

Deze strijd voor sociale rechtvaardigheid zal niet makkelijk zijn. Niet gemakkelijk maar wel mogelijk. Er zijn al moeilijkere overwinningen geboekt in de sociale geschiedenis.

Artikel oorspronkelijk verschenen in DeWereldMorgen.be.