Jeff Halper, Israëlische Jood, activist voor Palestijnse rechten

Het huis van Salim en Arabiya Shawamreh en hun zeven kinderen in Anata op de westelijke Jordaanoever werd sinds 1998 al vijf maal vernietigd. ICHAD verzamelde meer dan 30 vrijwilligers uit de hele wereld om samen met Palestijnen en Israëli's hun huis weer op te bouwen

Het huis van Salim en Arabiya Shawamreh en hun zeven kinderen in Anata op de westelijke Jordaanoever werd sinds 1998 al vijf maal vernietigd. ICHAD verzamelde meer dan 30 vrijwilligers uit de hele wereld om samen met Palestijnen en Israëli's hun huis weer op te bouwen (foto ICHAD)

FacebooktwitterFacebooktwitter

Jeff Halper is een Israëlische Jood die zich met zijn organisatie ICHAD verzet tegen de systematische vernietiging van huizen door het Israëlisch leger in de bezette Palestijnse gebieden. DeWereldMorgen.be had een gesprek met hem over zijn beweegredenen en over de politieke situatie in Israël zelf.

Jeff, wie ben je, wat doet jouw organisatie?

Dit interview begint bijna als een ondervraging van Shin Beth (de Israëlische inlichtingendienst)(nvdr: hij zegt dit met een brede glimlach). Ik ben het hoofd van het Israëlische mensenrechten- en vredesorganisatie Comité tegen Huisvernietigingen (ICHAD). We doen niet aan conflictbeheersing. Ons ultieme doel is het beëindigen van de bezetting en een rechtvaardige vrede tussen Israëli’s en Palestijnen, in eender welke vorm. ‘Bezetting’ is een vage algemene term die niet veel betekent op zichzelf. Wij focussen daarom op één van de concrete aspecten van de bezetting: de systematische vernietiging van huizen.

Israël heeft 28.000 huizen vernietigd in Palestina sinds 1967. Door te focussen op de getroffen gezinnen, geven we een menselijke dimensie aan de bezetting. De vraag voor ons is “Waarom doet Israël dit?”. Israël heeft een ijzersterke pr-afdeling. Alles wordt gekaderd onder ‘veiligheid’ of ‘verdediging tegen terrorisme’. Bijna geen enkele van die 28.000 vernietigingen werd echter om veiligheidsredenen gedaan, ik schat minder dan één procent. De echte bedoeling is het voor de Palestijnen onmogelijk te maken om te leven, te werken. Wij stellen dus systematisch de vraag: “Waarom wordt het huis van deze familie hier eigenlijk vernietigd?”

Zo ontwikkel je een heel andere manier om naar het conflict te kijken. Waar gaat het dan wél over?Dan is er maar één conclusie mogelijk. Dit gaat over een eigendomsclaim op het volledige bezette grondgebied. Wij trekken die vaststelling dan verder door naar de onteigening van zowat 70 procent van de westelijke Jordaanoever, het bouwen van 200 koloniale nederzettingen, het omhakken van miljoenen fruit- en olijfbomen, de bouw van de muur, het economisch beleid …

Ons werk tegen de vernietiging van woningen is dus niet alleen maar verzet tegen de bezetting of solidariteit met de Palestijnen. Wij willen het referentiekader van het conflict veranderen.  Wij doen daarbij aan actief verzet. We gaan voor de bulldozers staan, we ketenen ons vast aan de huizen.

Jullie voeren dus acties van burgerlijke ongehoorzaamheid?

We worden voortdurend aangehouden. Daar blijft het niet bij. Als de betrokken familie daartoe bereid is verzamelen we fondsen om hun huis terug op te bouwen. Wij hebben zo 168 huizen terug opgebouwd in de laatste 15 jaar. Puur vanuit een humanitair standpunt bekeken is dat natuurlijk peanuts. Wij zien dit echter als 168 daden van gemeenschappelijk Israëlisch-Palestijns politiek verzet. Dat heeft wél betekenis.

Eender welk regime moet wel een of andere wettelijke reden geven om iemand aan te houden. Hoe gebeurt dat in dit geval?

Voor onze acties kan dat vanalles zijn, verzet tegen aanhouding, verhinderen van de taken van een politieman, tactische dingen. Ik was op de allereerste boot naar Gaza met hulpgoederen, die toch nog binnen geraakt is. Toen ik dan van Gaza terugging (naar Israël) werd ik aangehouden op basis van een militair decreet dat Israëli’s verbiedt om naar Gaza te gaan.

We vragen geen bouwvergunningen aan voor die huizen. Ons standpunt is immers dat een bezetter geen autoriteit heeft. Veel belangrijker is dat wij Israëlische Joden een gepriviligieerde positie hebben die de Palestijnen niet hebben. We kunnen ons alles permitteren.

Ze zullen ons wel aanhouden en zo, maar naar de gevangenis gaan we nooit. Als ik voor een bulldozer ga staan, dan duwen ze die ouwe rare Jood gewoon wat opzij. Een Palestijn schieten ze neer. We gebruiken dus onze status op een manier die de Palestijnen zich niet kunnen veroorloven.

Wie bereikt je organisatie bij de Israëlische Joodse bevolking?

Noem dat maar gerust ‘zero’! Wij hebben wel leden, maar voor de rest bestaan we niet. Wij richten ons bijna uitsluitend op de internationale gemeenschap. De staat Israël is er immers in geslaagd om de bezetting voor de eigen Joodse bevolking een onbestaand thema te maken. Ze zien de bezetting niet, ze weten er niets van, ze willen er ook niets over weten. Wij hebben net verkiezingen gehad. De woorden ‘Palestijnen’, ‘vrede’ of ‘bezetting’ kwamen in de campagne gewoon niet voor.

En de Israëlische Palestijnen dan, komen die in de campagne niet voor?

Die zijn absoluut geen thema in de verkiezingen. Eerst en vooral, de Joodse Israëli’s gebruiken het woord ‘Palestijnen’ niet. Ze praten uitsluiten over ‘Arabische Israëli’s’. Wij praten ook nooit over de ‘bezette gebieden maar over ‘Judea en Samaria’. Er is ook geen ‘conflict’. Wat dan wel? Er is terrorisme!

In de loop der jaren heeft de regering van Israël een einde gemaakt aan dat ‘terrorisme’. Ze hebben de muur gebouwd, ze hebben de Palestijnse Autoriteit (PA) opgericht die nu een groot deel van de politierepressie voor hen doet. De Israëli’s leven ondertussen in rust en vrede, zeer veilig. We worden hier en daar wel bekritiseerd maar in feite is onze concrete internationale status zeer goed. De Europese Unie gaat de economische banden zelfs nog versterken.

De Palestijnen werden ondertussen ‘gepacificeerd’. Er zijn geen aanvallen op Israël meer. We worden aanvaard door de internationale gemeenschap. De hele problematiek van de bezetting is van de agenda. Er wordt niet eens over gediscussieerd (in Israël).

We denken dat vrede niet kan komen van binnen Israël. Het is de buitenlandse publieke opinie die dat zal moeten afdwingen.

Wij (met onze organisatie) zijn dus wel actief, maar in Israël zijn we gewoon ‘off the radar’. Ze weten gewoon niets van de vernietiging van de huizen. They don’t give a shit. Daarom ook dat het meeste van ons lobbywerk in het buitenland gebeurt. We denken immers dat vrede niet kan komen van binnen Israël. Het is de buitenlandse publieke opinie die dat zal moeten afdwingen, die de regeringen moet onder druk zetten.

Jij bent zelf van oorsprong een Amerikaan. Je bent ongeveer veertig geleden naar Israël geëmigreerd. Had je toen al deze ideeën over de staat Israël of is dat meer geleidelijk gekomen?

Neen. Ik dacht al zo van bij het begin. Ik ben een kind van de sixties. Ik was toen al heel politiek actief en ben om meerdere redenen geëmigreerd. Door naar Israël te emigreren heb ik het recht behouden om politiek actief te blijven. Een goede vriend van mij van op de universiteit besloot naar Parijs te emigreren toen ik (in 1973) naar Israël ging. Vandaag is hij daar nog altijd een ‘expat’ (een buitenlander), een Amerikaan in Parijs. Zelfs als hij met een Franse vrouw zou trouwen, dan gaat hij niet zomaar de Franse regering kunnen zeggen wat ze moet doen. Ik kan dat wél in Israël.

Maar luisteren ze daar wel?

Neen, maar ze luisteren dan ook naar niemand. Dat maakt dus geen groot verschil. We hebben zeer sterke steun in het buitenland, mensenrechtenorganisaties, activisten, mensen van de EU, regeringen … mijn medewerkster is van Polen. Ik heb twee maal gesproken in het Poolse parlement. We werken ook nauw samen met Palestijnse organisaties, zowel op de westelijke Jordaanoever als in Gaza. Naar Gaza zelf kunnen we wel niet gaan.

Israël is echt een dynamische democratie! If you are Jewish!

In Israël zelf is de steun bijna nihil. We worden echter niet vervolgd of lastig gevallen in Israël. Weet je, Israël is echt een dynamische democratie! If you are Jewish! Ik kan echt alles zeggen en doen wat ik wil. Soms geef ik lezingen met harde kritiek op Israël en op het zionisme. Mensen vragen me dan: “Zou je deze lezing in Tel Aviv kunnen geven”. Dan zeg ik: “Zeker, maar er zou geen kat komen”. Ze geven er gewoon niet om. Ik ben voor hen niet eens een dissident, gewoon een ‘weirdo’ (een rare kerel).

Ik kom regelmatig terug thuis van één van onze acties op de westelijke Jordaanoever. Als ik dan naar de kruidenier bij ons op de hoek ga en daar tegen mijn buur zeg: “Ik ben net ‘to the other side’ geweest om me te verzetten tegen de vernietiging van Palestijnse huizen”. Dan zegt die brave man gewoon tegen mij: “Waarom? Wat kan jou dat schelen wat er met de ‘Arabieren’ gebeurt?”. Hij zegt dus niet: “Oh nee, jij bent zo een linkse radicaal”, of iets in die trant. Het is voor hem gewoon bizar wat ik doe: “Waarom ga je jezelf vuil maken, je rond laten duwen, voor Arabieren!?”.

De (Joodse) Israëli’s zijn over deze zaak ‘gedepolitiseerd’. Dit is een uitstekend onderwerp voor een studie over hoe je een thema zo kan kaderen dat het gewoon geen debat meer waard is.

Dat komt wel niet zomaar uit de lucht vallen. Zat daar een bewuste planning achter?

Het is complexer, een mengelmoes van allerlei factoren. Er zit zeker voor een deel wel planning in. Maar niet voor het geheel. Het is een samengaan van allerlei beslissingen. Hoe ga je de Palestijnen ‘pacificeren’? Hoe ga je ze neutraliseren als politieke actor? Hoe ga je ze gevangen houden, hen intimideren, hun verzet breken? Hoe bescherm je ondertussen je eigen bevolking tegen dat verzet? Dat is allemaal weloverwogen.

Voor de meeste Israëli’s is Palestina even ver weg als Congo.

Dan komt er een punt dat dat allemaal ‘genormaliseerd’ wordt. Vandaag is de situatie best te doen. De Palestijnen zijn ‘daar ergens ver weg’. We weten niet eens waar ze ergens zijn. De Palestijnen hebben geen enkel middel om de  bevolking van Israël te bereiken.

Ze zien toch op het nieuws dat hun eerste minister daar over praat?

Je moet zien in welke termen dat wordt voorgesteld. Het gaat over ‘terroristen’. Als er iets vreselijk gebeurt in Congo – volgens mij het ergste hedendaagse conflict ter wereld – of de aardbeving in Haïti. Dat staat in de krant maar is echter zo ver weg van je, dat je dat een uur later al vergeten bent. Voor de meeste Israëli’s is Palestina even ver weg als Congo. Het kon voor hun part in Turkije liggen.

Er bestaat een mop bij ons die zegt dat de bezette gebieden verder weg liggen dan Thailand. Daar kan je immers met het vliegtuig naar toe. Palestina staat gewoon niet op de mentale wereldkaart van de gewone Israëli.

De Israeli’s hebben toch familie in de koloniale nederzettingen? Die moeten daar toch over vertellen?

De kolonisten zijn slechts 10 procent van de ‘bevolking’. De echte ideologische kolonisten zijn zelfs maar één procent van de bevolking. Als je naar één van de nederzettingen rijdt, doe je dat over een nette autostrade, mooi afgezonderd van de rest van het omgevende land. Je komt niet één Arabier tegen. Je ziet wel wat Arabische dorpen ergens in de verte. Dat is gewoon ‘achtergrond’.

Israëli’s zijn toch ook wereldburgers, toeristen. Ze moeten dan toch wel af en toe bemerken dat het nieuws over hun land er daar enigszins anders uitziet?

Natuurlijk zien ze dat. Daar is echter een comfortabele verklaring voor: antisemitisme. Dat verklaart alles. Israëli’s reizen graag, naar Nepal, naar Nieuw-Guinea, naar de Amazone. Ze reizen echter altijd in groepen en komen dus nooit persoonlijk in contact met buitenlanders. Ze leven met andere woorden in ‘splendid isolation’.

Er is toch ook heel wat sociale onrust geweest in Israël? De economie draait blijkbaar niet voor iedere Israëli op dezelfde manier. Een deel van de Israëlische bevolking doet het toch niet zo goed?

Absoluut, maar weeral, dat heeft niets met de Palestijnen te maken. Die beweging van enkele jaren terug was inderdaad gericht tegen het neoliberaal beleid. De kloof tussen arm en rijk neemt immers toe. Deze beweging heeft echter reeds op dag één bewust beslist om het niet over de bezetting te hebben. Dat zou hen alleen maar ‘verdelen’, vonden ze. Dat er veel openbaar geld blijft vloeien naar de koloniale nederzettingen, is evenmin een punt geweest voor die beweging.

Ondertussen wordt het Palestijns verzet tegen dit onrecht altijd maar extremer. Zo kan het natuurlijk niet beter worden?

Dat kan Israël geen barst schelen, zolang het er van overtuigd is dat het de situatie kan beheersen. De Moslimbroeders zijn nu aan de macht in Egypte. Zolang die het verdrag met Israël respecteren is er geen vuiltje aan de lucht. Hetzelfde met Jordanië en Libanon. Syrië is nu wel een onzekere factor. Israël verwacht ook helemaal geen vrede met de Arabische bevolking, het wil een niet-conflictueuze relatie met Arabische regeringen. Dat is iets heel anders. Zelfs Iran en Hamas is niet echt een probleem.

Geloven de Israëli’s dan niet dat Iran een kernwapen zou willen inzetten tegen Israël?

Neen, trouwens de stelling die (eerste minister) Netanyahu daarover inneemt, kan maar op weinig steun rekenen in Israël. Hij zegt dat om de aandacht af te leiden van de echte problemen, de Palestijnse kwestie en de sociale problemen. Hij gebruikt dat ook met meer succes tegenover de internationale gemeenschap. Zelfs Barak, zijn minister van defensie, heeft al gezegd dat Iran geen gevaar is.

Hier stellen de media maar één vraag. Wat doen we met de nucleaire proliferatie in Iran? De vraag of er wel zoiets is als een proliferatie in Iran wordt niet eens gesteld.

Uiteraard. En zelfs als dat zo zou zijn, de dag dat Iran kernwapens heeft, dan zal Egypte die ook hebben. Je kan dat gewoon niet meer tegenhouden. Het enige antwoord is om de hele regio kernwapenvrij te maken, te beginnen met het land dat al kernwapens heeft, Israël.

Uiteindelijk komt alles toch neer op de steun die vanuit de VS komt. De dag dat de VS om welke reden dan ook Israël laat vallen, gaat de Europese Unie dat binnen 24 uur ook doen, omdat de Europese steun voor Israël zuiver pragmatisch is, nauwelijks een ideologische basis heeft.

Vijf, zes jaar terug zou ik nog voor een tweestatenoplossing geweest zijn. Vandaag moeten we de Palestijnen volgen. Zij moeten de keuze maken die wij moeten volgen. Dat is voor hen niet eenvoudig. Om de Israeli’s te erkennen in een binationale staat is voor hen de facto de erkenning van een koloniale verovering, alsof Algerije de Franse kolonisten zou erkennen als een nationale groep in het land.

Laatste vraag, de boycotactie BDS, hoe staan jullie daartegenover?

Wij waren zowat de eerste organisatie in Israël om ons daar achter te zetten. De Israëli’s zelf zijn zich daar voor het ogenblik nauwelijks van bewust. Ze trekken zich daar dus voor het ogenblik nog niets van aan. Zoals ik al zei, het zal van het buitenland moeten komen.

Jeff Halper is ook lid van het steuncomité van het Russell Tribunal on Palestine. Naast hun acties tegen de vernietiging van huizen organiseert  ook alternatieve rondleidingen door de bezette gebieden voor buitenlandse bezoekers.

Artikel oorspronkelijk verschenen in DeWereldMorgen.be.