Feminisme niet ’terug’, gewoon nooit weggeweest

Anja Meulenbelt

(anjameulenbelt.nl)

FacebooktwitterFacebooktwitter

Nederlands auteur Anja Meulenbelt publiceerde ‘Feminisme – Terug van nooit weggeweest’ bij Vlaams progressief uitgever EPO. Het is ongeveer haar veertigste boek. Dat feminisme zoveel meer is dan strijden voor vrouwenrechten, heeft Meulenbelt altijd gesteld, wat ze andermaal goed aantoont in dit boek. Dit is een pleidooi tegen alle negatieve -ismen en voor een andere maatschappij

Anja Meulenbelt ken ik zoals de meeste van mijn generatiegenoten van De Schaamte Voorbij, verschenen in 1976 bij Van Gennep, toen dé progressieve uitgever van de Nederlandstalige wereld. Daar vertaalden ze ook alle boeken van Günther Wallraf.

Meulenbelt is sindsdien zeer consequent trouw gebleven aan haar toenmalige ideeën, zoals blijkt uit haar recente Feminisme – Terug van nooit weggeweest. De laatste jaren ken ik haar ook van haar inzet voor Palestina, met haar blog en recent haar boek Kwart over Gaza van 2015.

Wie haar in 1976 aanviel is vandaag zuur toekijken gegund, ze heeft zowat over de hele lijn gelijk gekregen. Op de achterflap van het boek een vrijwel onbekend weetje. In hetzelfde jaar als De Schaamte Voorbij schreef ze ook Feminisme en Socialisme. Werd toen bijna doodgezwegen. Zelf schrijft ze daar nu over “deels verouderd, maar ergens nog altijd akelig actueel”. Haar nieuwe boek is echter veel meer dan een actualisering. Nu voegt ze er veertig jaar ervaring, activisme en maatschappelijke evolutie aan toe.

Toen kwam Trump

“Ik dacht aanvankelijk aan een dun boekje. Maar toen kwam Trump.” Meulenbelt beperkt zich niet tot louter negativisme “Hoe is het zover kunnen komen?” over het feit dat deze walgelijke kerel vandaag president is van het machtigste land ter wereld. Ze kijkt verder.

Er is wel degelijk “veel bereikt, toch is er nog een grote kloof tussen ideaal en realiteit”. Niet alleen door het nog steeds bestaan van extreem geweld tegen vrouwen, verkrachtingen, mishandeling door de partner en dergelijke, maar ook door de ontelbare dagelijkse ervaringen van vrouwen thuis, op het werk, op straat, in de dagelijkse omgang. “We moeten ons dus afvragen hoe het komt dat bijna iedereen vindt dat vrouwen gelijke rechten hebben, hoewel de ongelijkheid zo hardnekkig is”.

Dat glazen plafond bijvoorbeeld. Terecht iets om tegen te strijden meent Meulenbelt. Maar vergeten we ondertussen niet dat “het overgrote deel van de vrouwen in hun hele leven niet in de buurt komt van dat plafond. En het overgrote deel van de mannen ook niet.

Wit en hoogopgeleid

Niemand die eraan twijfelt dat Gwendolyn Rutten als vrouw veel harder moet vechten om zich waar te maken als voorzitter van Open Vld1 (de Vlaamse VVD) dan haar mannelijke collega-politici. De brutale manier waarop haar voorganger Annemie Neyts in 1989 werd opzijgeschoven als partijvoorzitter is alvast een waarschuwing. Als het er echt op aankomt zullen de Open Vld-mannen die haar nu nog steunen niet aarzelen om dat opnieuw te doen.

Dat Rutten en haar collega’s ondertussen deel uitmaken van een zeer geprivilegieerde groep witte en hoogopgeleide vrouwen, horen ze uiteraard niet graag, maar het is wel zo. Bovendien, zoals Meulenbelt terecht schrijft, ook deze vrouwen zijn meestal blind voor die andere oorzaken van discriminatie, en vooral dan voor de impact van sociale klasse.

Feminisme – Terug van nooit weggeweest

Net als de meeste van haar collega’s komt Rutten uit een bevoorrechte groep in de samenleving. ‘Klassisme’ bekt niet goed, maar het is er wel. Ook vandaag is klasse nog steeds een zeer bepalende factor voor de levensloop van mensen. Dat ontkennen is volgens Meulenbelt ook de diepe oorzaken van vrouwendiscriminatie ontkennen. Hoeft het gezegd dat Meulenbelts kritiek niet populair is in kringen van vrouwelijke politici en bedrijfsleiders.

Je kan al die andere -ismen niet los zien van feminisme. Zelfs onder strijders voor gelijke rechten bestaan er nog vooroordelen. Zo is het nog steeds maar al te waar, dat de strijd voor vrouwenrechten louter als een zaak wordt gezien van vrouwelijke politici. Dat geldt trouwens ook voor politici met een buitenlandse en/of moslimachtergrond. Van hen wordt onmiddellijk een standpunt verwacht over die -ismen, terwijl de mannelijke collega’s rustig met de ernstige zaken bezig blijven.

Feminisme is systeemkritiek

Je mag het best oneens zijn met bepaalde stellingen die ze inneemt, maar dat feminisme “noodgedwongen ook systeemkritiek” is, dat is zonder meer onweerlegbaar. Bovendien, “hét feminisme bestaat niet”. Hoe kan je immers tegen discriminatie van vrouwen zijn zonder de mechanismen te erkennen die zo goed als dezelfde zijn voor racisme, xenofobie, homofobie en islamofobie en jawel, hoe kan je feminisme los zien van de klassenstrijd.

De meeste zwarte vrouwen, en de witte vrouwen met minder opleiding, hadden nooit de keuze gehad: zij moesten wel werken, en het werk dat ze deden was niet bepaald emanciperend. Vroeg je die bevolkingsklasse of ze buitenshuis wilde werken of thuisblijven met de kinderen, dan hadden vele vrouwen geantwoord: liever thuis dan de hele dag in de supermarkt, of aan de lopende band in de koekjesfabriek, of kantoren schoonmaken. Voor hen was thuisblijven niet weggelegd, omdat hun man niet voldoende verdiende of omdat er geen man was.” Inderdaad: “Het model van de eenzame huisvrouw, een vrouw met haar kinderen in haar eigen huis, (is) historisch gezien een uitzondering.

Zo kan het dat wit en hoogopgeleid minister van Volksgezondheid Edith Schippers van de liberale VVD geprezen wordt “voor haar geweldige prestaties in het bezuinigen op de zorg … Duizenden vrouwen die aanvankelijk zorg betaald uitvoerden, konden dat nu gratis doen”. De Telegraaf (vergelijkbaar met Het Laatste Nieuws) schreef daarover: “Schippers weet de lasten slim te dragen”. Meulenbelt gevat: “Het waren dan ook haar lasten niet”.

Meulenbelt is ook zeer kritisch over het idee dat meer vrouwen in de politiek op zich iets zou betekenen voor vrouwenrechten. In het federale Belgische parlement was de christendemocratische partij CVP, nu de CD&V, de eerste met vrouwelijke verkozenen, en jarenlang ook de partij met de meeste vrouwelijke verkozenen. Tientallen jaren heeft deze partij zich als een duivel in een wijwatervat (ironische beeldspraak bedoeld) verzet tegen de legalisering van abortus (en euthanasie). Strijd voor sociale rechten was idem dito.

Vernietigende kritiek onderbouwd met historische bewijzen op rechts dat beweert dat “moslims zich moeten aanpassen” omdat “vrouwen hier gelijke rechten hebben, terwijl ze zich tot in de jaren negentig tegen net die rechten hebben verzet”. “Dit is ergerlijke geschiedsvervalsing … De hele rechterzijde kaapt mijn feminisme, waar ze zelf nooit een poot voor uitgestoken hebben, voor haar eigen doelen.”

Drie seksen: mannen, vrouwen en personeel

Er staat zoveel meer in dit boekje, over Marx bijvoorbeeld, over mannelijkheid, over de mythe dat mannen van nature meer gewelddadig zouden zijn, over respect voor de mannelijke gesneuvelden van Wereldoorlog I en II, over partnermoord, over de angst van witte mannen uit de middenklasse, over de rol van taal, over mensen die ‘dom’ zijn omdat ze arm zijn en niet omgekeerd, over schoonheidswedstrijden …

Feminisme en de bankencrisis, sociale ongelijkheid, zelfscanning in de supermarkten (wie verliest daarmee ‘haar’ baan?), herverdeling, communisme en kapitalisme, de emotionele pijn van armoede en de vele onzichtbare mensen, meestal vrouwen maar ook meer en meer mannen, die onze kantoren, hospitalen, restaurants, concertzalen, metrostations, treinen dagelijks proper houden (en die we als ze dat overdag doen compleet negeren). Wie het verschil wil kennen tussen ‘uitbuitingsracisme’ en ‘concurrentieracisme’, lezen dit boekje.

Meulenbelt geeft ook uitleg over dat nieuwe woord ‘intersectionaliteit’. Een veel te academische term. Maar waar het voor staat is zonder meer terecht: ieder mens heeft meerdere identiteiten en sociale achtergronden tegelijk. Wordt een zwarte vrouw uit een arbeidersgezin genegeerd door haar mannelijke collega’s omdat ze zwart is of vrouw of omdat ze niet het identieke taaltje gebruikt van haar middenklasse collega’s?

Kunnen we blijven negeren dat de koloniale periode geen impact meer zou hebben op hoe wij over ‘anderen’ denken? Gekleurde en migrantenkinderen krijgen nog steeds grotendeels de ‘goede raad’ om toch maar naar het beroepsonderwijs te gaan (terwijl ondertussen het enorme potentieel wordt miskend van goed en gewaardeerd beroepsonderwijs voor wie daar echt talent voor heeft – het ene spreekt het andere niet tegen).

Je leest in Feminisme. Terug van nooit weggeweest ook waarom zeer geëmancipeerde vrouwelijke directeurs het tegelijk prima vinden dat er honderden andere vrouwen klaarstaan “om voor een habbekrats je boodschappen te doen en je kleren naar de stomerij te brengen. In (hun) verhaal zijn er dus eigenlijk drie seksen: mannen, vrouwen en personeel.”

Vlaanderen-Nederland

Goed ook dat Meulenbelt haar boek schreef met zowel Nederlandse als Vlaamse lezers in het achterhoofd. Vergelijkingen of referenties verwijzen naar beide landen, namen worden toegelicht enzovoort. Is dat omdat ze voor het eerst bij een Vlaamse uitgever publiceert? Lijkt me een goed idee om die manier van werken voortaan over te nemen bij alle Nederlandstalige uitgevers van politieke non-fictie.

Tussen alle -ismen door is het immers toch godgeklaagd dat er vandaag nog steeds twee aparte Nederlandstalige progressieve werelden bestaan. De kluit is al zo klein. Het kan anders. In Franstalig België is dat met Frankrijk helemaal niet het geval. Toegegeven, de schaalverhouding ligt ook heel anders, 3,5 miljoen Belgische Franstaligen tegenover 67 miljoen Fransen. Vlaanderen telt 7,3 miljoen mensen (154.000 Nederlandstalige Brusselaars meegeteld), een pak minder dan de bijna 17 miljoen Nederlanders, maar toch. Op Europese en wereldschaal hebben de Nederlandstalige progressieve krachten er alle baat bij hun mentale ‘grenzen’ te overstijgen en samen te werken. Zoals in dit boek. Meer van dat.

Last but not least, dit boekje is aangenaam geschreven en leest vlot. Al teveel auteurs van politieke non-fictie denken dat een ‘goed’ boek moeilijk hoort geschreven te zijn, met veel academisch jargon en name-dropping all-over. Niets van dit alles hier. Wie Meulenbelt nog niet kende heeft met Feminisme – Terug van nooit weggeweest de ideale introductie in handen over Meulenbelt, feminisme en over zoveel meer.

Anja Meulenbelt. Feminisme – Terug van nooit weggeweest. EPO, Antwerpen, 2017 (197 pp.) ISBN 978-94 6267 105-8

1   Tot 1992 heette de Vlaamse liberale partij PVV (Partij voor Vrijheid en Vooruitgang). Geen idee of Geert Wilders dat wist toen hij zijn eenmanspartij PVV (Partij Voor Vooruitgang) oprichtte.

Artikel oorspronkelijk verschenen in DeWereldMorgen.be.