Spaarboekjes belasten? Wat met fiscale fraude en vermogens?

Spaarboekjes belasten? Wat met fiscale fraude en vermogens?

foto Daphne van den Blink

FacebooktwitterFacebooktwitter

Federaal minister van Financiën Koen Geens (CD&V) lanceerde het idee om alle spaarboekjes te belasten, maar werd snel teruggefloten. Cavalier seul of eerder een proefballonnetje? En wat dan met de bestrijding van fiscale fraude en de vermogensbelasting?

Minister Geens mag dan al een neofiet zijn in de politiek, een onverstandig mens is hij in geen geval. Het recente interview, waarin hij het idee lanceerde om de ‘fiscale subsidiëring’ van de spaarrekening – het Belgische ‘spaarboekje’ –  te beëindigen, leek een spontane uiting van een man die het allemaal goed bedoelde.

Waarschijnlijker is dat hij als niet-verkozene de opdracht kreeg een proefballonnetje op te laten, kwestie van de kracht en de intensiteit van de reacties in te schatten. Valt dat mee, dan kan een zoveelste taboe onder de sloophamer. Valt dat tegen, niet getreurd, dat geeft de coalitiepartners – de eigen CD&V inbegrepen – nog eens de kans om stoer uit de hoek te komen. Niets zo dankbaar immers als je principieel verzetten tegen iets dat niet eens beslist was. Win-win als het ware.

Fiscale discriminatie van de belegger?

Is het volledig belasten van het spaarboekje werkelijk onaanvaardbaar voor de gemiddelde Belg? In De Standaard van 13 mei wijdde Ruben Mooyman, chef economie, er een opiniestuk aan.

Kort samengevat komt zijn analyse hier op neer. Minister Geens liet alleen maar zijn gezond verstand spreken. Het kan niet langer dat beleggers worden belast en spaarders niet. Hij poneert vijf stellingen bij het voorstel van Geens:

  1. Het fiscaal voordeel van het spaarboekje dient geen enkel maatschappelijk doel.
  2. Het maakt wijdverspreide fiscale fraude mogelijk.
  3. Het houdt fiscale discriminatie in stand.
  4. Het doet Belgisch spaargeld naar het buitenland verdwijnen.
  5. Het maakt kunstgrepen als de volkslening noodzakelijk.

Isoleer één fenomeen uit zijn globale context en som een aantal stellingen op waar redelijke argumenten voor te vinden zijn. Vul dit aan met een aantal opiniërende argumenten waarvan je de indruk geeft dat ze eveneens feitenmateriaal zijn.

Het ideale fiscale paradijs

Er zijn inderdaad een aantal redelijke argumenten te vinden voor het belasten van spaargelden. Als morgen iedereen op dezelfde manier (volgens een progressieve schaal) belastingen zou betalen op zijn geglobaliseerde inkomsten uit arbeid, sparen, investeringen, erfenissen … zou dat inderdaad zonder meer rechtvaardig zijn.

Alleen, we leven niet in een dergelijke maatschappelijke context, integendeel. Fiscale fraude door de grote bedrijven is meer regel dan uitzondering (excuseer, dat moet fiscale ‘ontwijking’ zijn), fiscale paradijzen bloeien als nooit tevoren en een vermogensbelasting is ‘politiek niet haalbaar’.

Er is dus wel wat mis met dergelijke analyses. Er mag dan al een enorme hoeveelheid geld op de Belgische spaarrekeningen staan, het gaat echter voor het grootste deel over kleine sommen verdeeld over een groot aantal mensen.

Die kleine spaarrekeningen zijn bovendien dikwijls verplicht verbonden aan één specifieke bank, waar de rekeninghouder ook zijn lopende rekening heeft en vooral, de hypotheeklening voor het eigen huis. Er zijn daarnaast echter ook veel huurders die een spaarrekening zien als een veilige ‘belegging’ van hun geld.

Er zijn inderdaad wel Belgen die de boel bedotten door hun spaargeld over meerdere banken te spreiden om te blijven genieten van de fiscale drempel voor spaarrekeningen. Dat kan je echter zo oplossen door een vermogenskadaster op te zetten. Maar dat wil deze regering niet.

Een eigenaardige vaststelling is dat de minister, samen met de rest van de regering, zich het hoofd breekt over hoe hij de enorme bedragen op Belgische spaarrekeningen nuttiger zou kunnen maken voor de ‘economie’, terwijl hij tegelijk stelt dat spaargeld naar het buitenland vertrekt.  Maar goed, er zitten wel meer rare kronkels in de redenering van de minister, bij voorbeeld dat het toch niet kan dat beleggers belast worden en spaarders niet …

Zelf beslissen wat er met je geld gebeurt, mag het nog?

Laten we wel wezen. Spaarrekeningen zijn het financiële instrument bij uitstek van groepen met lagere inkomens, de kleine middenklasse, mensen die heel hun leven sparen voor een geruste oude dag. Die kleine middenklasse heeft het ondertussen steeds moeilijker o.a. omdat de banken steeds onwilliger kredieten toestaan aan kleine ondernemers.

Dat de banken sinds de jaren ’70 meer en meer spelers zijn geworden op de speculatieve markten lijkt nu een evidentie, maar dat is het helemaal niet. Banken werden opgericht om spaartegoeden en vermogens om te zetten in kredieten, om met andere woorden de economie te doen draaien, niet om met het geld geproduceerd door de economie exorbitante winsten te maken die met de productieve economie niets te maken hebben (en er meestal een nefaste invloed op hebben).

De banken verzaken aan hun essentiële taak, het verschaffen van krediet.

Een spaarder laat door zijn keuze voor een spaarrekening met laag rendement (of soms helemaal geen) weten dat zij/hij zijn/haar geld niet wil inzetten in risicovolle avonturen. Het is bovendien helemaal niet waar dat deze risicovrije spaartegoeden momenteel niet meedraaien in de economie. Banken laten spaargeld niet zomaar staan.

De Europese banken krijgen ondertussen van de Europese Centrale Bank (ECB) enorme leningen aan lage (door de ECB zelf bepaalde ) rente, maar worden in ruil niet verplicht dat geld economisch nuttig in te zetten, bij voorbeeld door het verlenen van kredieten – aan gunstige tarieven – aan kleine ondernemers of aan kopers van woningen.

Vrijheid voor de één, voorwaarden voor de ander

Niets van dat alles. Banken zijn vrij om die leningen bij de ECB – het gaat hier om belastinggeld – te investeren waar ze maar willen. Dat doen ze massaal in speculatieve korte termijn-activiteiten, en hoe langer hoe minder in stabiele zaken zoals kredietverlening.

Christine Lagarde, hoofd van het IMF, zei onlangs dat banken meer kredieten zouden moeten verlenen. Zij kan dat vrijblijvend zeggen en bovendien ongestraft. Geen noemenswaardige reactie in de media die haar er op wijst dat het IMF samen met de ECB in de trojka zelf leningen aan de banken toestaat zonder er voorwaarden aan te verbinden.

We hebben het over dezelfde trojka die in Portugal, Spanje, Griekenland, Cyprus en Italië bikkelharde antisociale voorwaarden oplegt aan de overheden in die landen en daarbij rentevoeten hanteert ‘die de vrije markt moeten volgen’.

Brussel (B) geeft een seintje aan Brussel (EU)

Er hangt België een vonnis boven het hoofd van het Europese Hof. Het fiscaal voordeel dat Belgische spaarders nu genieten, geldt enkel als ze hun geld bij een Belgische bank plaatsen. Dat is een inbreuk op het principe van vrij verkeer van goederen, zoals dat in de stichtingsverdragen van de EU is vastgelegd.

De Europese Commissie heeft het initiatief voor deze klacht genomen. Zo lijkt het weer eens de EU die haar wil oplegt aan een lidstaat. Is dat wel zo? Wie de geschiedenis van de EU erop naslaat, stelt vast dat deze laatste meestal slechts uitvoerder was van de wil van de lidstaten zelf (waarbij de grotere lidstaten altijd wel meer doorwogen dan de kleintjes).

België mag dan al een kleinere lidstaat zijn. Het is met zijn  relatief hoge bnp per hoofd van de bevolking, zijn status als één van de zes oprichtende staten en als zetel van de EU wel een lidstaat die boven zijn relatieve gewicht speelt. Ook in dit land zijn de federale regeringen dankbare gebruikers geworden van het excuus van de EU-richtlijnen om onpopulaire maatregelen door te drukken.  Het idee van de belasting op spaarboekjes is inderdaad zeer onpopulair in dit land, zoals ook nu is gebleken.

Het netto-resultaat? Voor de vrijheid van verkeer van kapitaal staat de Europese Commissie pal op haar principes. Voor sociale en ecologische rechten daarentegen gelden die principes niet. Voor deze laatste categorie van rechten moet er realistisch worden nagedacht, geharmoniseerd, geflexibiliseerd, enz..

Spaargeld belasten, ooit

Betekent dit nu dat minister Geens en De Standaard geen degelijke argumenten hebben om dit voorstel te verdedigen. Neen, die hebben ze wel. Wanneer je hun argumenten in complete afzondering van de globale context plaatst, zien ze er zeer redelijk uit. In een ideale wereld zou het niet meer dan normaal zijn dat spaartegoeden (of beter gezegd, de inkomsten gewonnen uit spaartegoeden) worden belast zoals elke andere vorm van inkomsten, voortkomende uit arbeid, beleggingen, leningen of eigendom van een woning.

Alleen, die ideale wereld bestaat niet. Door de kwestie van de spaarrekeningen op een virtueel eiland te analyseren wordt een verkeerd beeld gegeven van de werkelijke noden.

De oplossing is nochtans eenvoudig

De Belgische federale regering moet er in Brussel (B) en in Brussel (EU) maar eerst eens voor zorgen dat er een vermogensbelasting komt en dat fiscale fraude  en het problematische bestaan van de fiscale paradijzen ernstig worden aangepakt. Dat belastingcontrole op bedrijven en grote vermogens minstens even nauwgezet wordt uitgevoerd als die op loontrekkenden.

Eenmaal dat gerealiseerd is, kan er gekeken worden of het nog nodig is nieuwe inkomsten te vinden. Als deze regering daar ernstig werk van heeft gemaakt en daarna met bewijzen kan staven dat de economie nog steeds extra stimuli nodig heeft, mag ze gerust nog eens opnieuw met het idee van belastingen op spaarboekjes komen. Dan mag De Standaard haar analyse van 13 mei terug bovenhalen.

Vooralsnog zijn de huidige stellingnames hypocriet en selectief. In de huidige situatie is opkomen voor deze belasting niet meer of niet minder dan stellen dat de kleine man maar moet opdraaien voor de crisis en dat de grote vermogens en de grote bedrijven buiten schot mogen blijven.

Artikel oorspronkelijk verschenen in DeWereldMorgen.be.