Vergeten verkiezingen in West-Afrikaanse Ivoorkust

Markt van de wijk Adjamé, in de hoofdstad Abidjan. Foto: Georges Njiale/CC BY-SA 4:0

FacebooktwitterFacebooktwitter

In het West-Afrikaanse Ivoorkust werden op 25 oktober presidentsverkiezingen gehouden, die onmogelijk fair of transparant kunnen worden genoemd. De belangstelling van Westerse politici en media is minimaal, korte berichten, geen hoofdpunt, geen frontpagina, geen eisen voor herstel van de democratie.

Op 25 oktober 2025 behaalde zetelend president Alassane Ouattara met een minsterscore van 91,23 procent van de uitgebrachte stemmen een vierde opeenvolgende mandaat als staatshoofd van Ivoorkust. 

Volgens de door hemzelf benoemde verkiezingscommissie kwamen 50,09 procent van alle 8.5 miljoen geregistreerde kiezers stemmen. Dat cijfer is reeds een absoluut diepterecord voor het land. Onafhankelijke en buitenlandse waarnemers schatten de echte deelname nog lager in tussen 10 en 20 procent. 

In de weken voor de verkiezingsdag werden manifestaties tegen de uitsluiting van kandidaten en het gebrek aan eerlijke campagnes massaal bijgewoond en zwaar aangepakt door de oproerpolitie. De president verkondigde op 18 oktober, één week voor de verkiezingen, een totaal verbod van twee maanden op elke vorm van openbaar protest.

Ivoorkust. GoogleMaps

Schijnverkiezing

De Ivoriaanse bevolking was blijkbaar niet geïnteresseerd in deelname aan deze schijnverkiezing. De enige tegenkandidaten die de commissie toeliet zijn die van Jean-Louis Billon, een voormalig minister onder Ouattara, die voor het identieke economische wanbeleid staat als de president en 3 procent behaalde. 

Verder waren er nog Simone Gbagbo, partner van voormalig president Laurent Gbagbo, (2,4 procent), Ahua Don Mello (1,9 procent) en Henriette Lagou (1,1 procent). Geen enkele van deze tegenkandidaten kon een degelijke campagne voeren.

De verkiezingscommissie verklaarde de kandidatuur van voormalig president Laurent Gbagbo ongeldig, evenals die van drie voormalige ministers die president Ouattara niet langer trouw waren: Tdjane Thiam, Charles Blé Goudé en Pascal Affi N’Guessan.

Betoging tegen de uitsluiting van kandidaten. Foto: aa.com.tr

De door de president en zijn entourage gecontroleerde nieuwssite abidjan.net was zo ijverig om al voorlopige resultaten bekend te maken op vrijdag 24 oktober, de dag voor de verkiezingen. Die werden vrij vervolgens ingetrokken met vage excuses.

Op de verkiezingsdag zelf werd de ene na de andere fout begaan. Zo kondigde een tv-zender aan dat in het kiesdistrict Kounayiri waar 14.213 stemgerechtigden wonen 16.630 Ivorianen voor Ouattara hadden gestemd. Die mededeling werd niet rechtgezet.

In meer afgelegen dorpen buiten de steden werden zware incidenten gemeld. Lokale inwoners die niet wilden gaan stemmen werden gedwongen om toch te gaan. Dat ging met extreem geweld gepaard, waarbij meerdere doden en gewonden vielen.  Het dorpje Nahio in het centrale westen van Ivoorkust werd bijna volledig platgebrand.

De Grondwet van Ivoorkust van 2016 laat slechts twee opeenvolgende mandaten toe voor de president. Ouatarra werd kort voordien voor een tweede mandaat herverkozen. Zijn argument in 2020 was dat de teller voor de mandaten na de nieuwe Grondwet van 2016 op nul was gezet en dat hij dus in 2020 kandidaat kon zijn voor een ‘eerste’ mandaat en in 2025 voor een ‘tweede’. Het door hem benoemde Grondwettelijke Hof heeft deze interpretatie goedgekeurd.

Zijn voornaamste politieke tegenstander is Laurent Gbagbo. Hij was van 2000 tot 2011 zelf president van Ivoorkust. In 2005 liet hij geen verkiezingen toe. In 2010 werd hij bij de verkiezingen door Ouattara verslagen. Die is sindsdien onafgebroken aan de macht door middel van verkiezingen die hij volledig naar zijn hand zet.

Gbagbo werd in 2010 door Franse troepen ontvoerd en naar het Internationaal Strafhof in Den Haag verwezen, waar hij acht jaar later volledig werd vrijgesproken voor de  aanklachten van moorddadige repressie van de eigen bevolking.

Gbagbo wilde een meer onafhankelijke koers varen, los van voormalig kolonisator Frankrijk, terwijl Ouattara de exploitatie van de grondstoffen van Ivoorkust volledig overlaat aan Franse, andere Europese, Canadese en VS-bedrijven. 

Dat is in de eerste plaats cacaopoeder, de basis voor chocolade. Ivoorkust is goed voor 42 procent van de totale wereldproductie van cacao. Verder worden er ook cashewnoten gekweekt en palmolie gewonnen en plantaardige rubber uit plantages van Hevea-bomen. Er zit er ook goud en petroleum in de bodem.

Rol van Frankrijk

Gbagbo wilde de opbrengsten van al die exportproducten spenderen aan binnenlandse ontwikkeling in plaats van aan buitenlandse aandeelhouders. Dat is de echte reden waarom Frankrijk meewerkte aan zijn afzetting in 2011. Sindsdien houdt Frankrijk het land in zijn greep met de hulp van de kliek rond president Ouattara.

De president beroept zich op de economische groei van zijn land sinds hij aan de macht is. Wat hij er niet bij vermeldt is dat die welvaart uitsluitend ten goede komt aan een zeer kleine elite die collaboreert met de buitenlandse bedrijven. 

De gewone Ivorianen zijn vandaag nog armer dan 15 jaar geleden. Meer dan 40 procent van de bevolking leeft in diepe armoede, terwijl een groot deel van de middenklasse van maand tot maand een zeer onzeker bestaan leidt. In 2023 en 2024 stond Ivoorkust op de 5de plaats van landen met vluchtelingen in Frankrijk. 16 procent van alle erkende vluchtelingen in Frankrijk zijn Ivorianen.

In hun gastland Frankrijk zijn deze vluchtelingen echter minder en minder welkom. Alle Franse rechtse partijen volgen het extreemrechtse Rassemblement National in hun ijver om hen naar hun land terug te sturen. 

Dit is het ironisch lot van mensen die naar Frankrijk zijn gevlucht omwille van de postkoloniale uitbuiting door datzelfde Frankrijk, hun voormalige kolonisator. Dezelfde politieke krachten die in Frankrijk alle Ivoriaanse vluchtelingen willen deporteren ondersteunen een regime in Ivoorkust dat de gewone Ivorianen uit wanhoop op de vlucht jaagt.

Er leven nog slechts 225 olifanten in Ivoorkust, het dier dat het land zijn naam gaf. Foto: nickandmel2006/CC BY-SA 2:0

President Ouattara van Ivoorkust heeft na deze schijnverkiezingen geen enkele democratische legitimiteit, maar krijgt toch volle Westerse steun. Het leidmotief van het westerse buitenlandse beleid is nog steeds brutaal eigenbelang, met democratie en mensenrechten heeft dat niets te maken.

Voor Frankrijk is president Ouattara een veilige investering in een regio waar de voormalige kolonisator steeds meer terrein verliest. In West-Afrika hebben reeds vier landen de Franse militairen aan de deur gezet: Guinea, Mali, Niger en Burkina Faso. Bovendien hebben deze landen hun handelsrelaties met Frankrijk grondig herzien. Zo moet Frankrijk sinds 2023 de normale marktprijs betalen voor uraniumerts uit Niger in plaats van de lage prijs die Frankrijk met het vorige regime had bedisseld.

Daarom blijven Frankrijk, de EU, Canada en de VS een staatshoofd steunen die geen enkele democratische legitimiteit heeft. 

Artikel oorspronkelijk verschenen in DeWereldMorgen.be.