“Stakingsrecht is mensenrecht”

Brits advocaat John Hendy: "Laat uw rechtse regeringen niet doen wat de rechtse regering bij ons hebben aangericht"

Brits advocaat John Hendy: "Laat uw rechtse regeringen niet doen wat de rechtse regering bij ons hebben aangericht" (foto Mieke Van Dessel)

FacebooktwitterFacebooktwitter

Op vrijdag 20 maart organiseerde Progress Lawyers Network een colloquium over het stakingsrecht. Juristen en vakbondsleiders wisselden van gedachten over de actuele ontwikkeling van het debat over het recht op collectieve actie voor sociale rechtvaardigheid en de politieke aanvallen op dat recht.

Het colloquium Stakingsrecht: een bedreigd democratisch recht? ging door in de gebouwen van de ACV te Brussel, in plaats van in het Europees Parlement, zoals oorspronkelijk was voorzien. Vier grote fracties – Groenen/Europese Vrije Alliantie, Europees Verenigd Links/Noords Groenlinks, Sociaal-Democraten en de Europese Volkspartij – in het Europees Parlement hadden hun steun aangeboden om dit colloquium te organiseren.

Vergaderen over ‘staken’ is onveilig?

Om ‘veiligheidsredenen’ moest het colloquium verhuizen naar een andere locatie. Gezien de recente politieke pogingen om sociale actie te criminaliseren onder de noemer van ‘de strijd tegen het terrorisme’, was die verhuis meer dan symbolisch. In zijn inleidende toespraak wees Europarlementariër Claude Rolin (CDH – Franstalige christendemocraten) erop dat het stakingsrecht in België vooral via internationale verdragen is geregeld en niet zozeer door Belgische wetgeving.

Collega Bart Staes (Groen) wees op het gevaar van het komende vrijhandelsverdrag TTIP, niet alleen voor de rechten van de consument, voor het leefmilieu, voor de voedselveiligheid, maar ook voor de sociale rechten. “Amerikaanse bedrijven lobbyen nu reeds bij de Europese Commissie om de tradities van het Europese sociale overleg specifiek te neutraliseren in dit verdrag.”

Een recht met diepe historische wortels

Als eerste spreker kwam Jean Faniel, directeur van het studiecentrum CRISP (Centre de recherche et d’information socio-politiques) aan het woord. Hij gaf een overzicht van de sociale strijd sinds het ontstaan van België in 1831. “De staat heeft zich steeds opgesteld als de handhaver van de ‘orde’. Met die ‘orde’ werd echter uitsluitend de orde van de economische machthebbers bedoeld, de vrijwaring van hun recht om de bevolking uit te buiten… Het sociaal overleg is beetje bij beetje aanvaard dankzij de sociale buitenparlementaire strijd, waarbij stakingen essentieel waren, als drukkingsmiddel om de economische machthebbers te dwingen een deel van hun winsten af te staan voor de opbouw van de sociale welvaartsstaat.”

Faniel herinnerde eraan dat de vrijheid van meningsuiting en vrijheid van vereniging in de liberale grondwet van 1831 bijna onmiddellijk werd ingeperkt voor werkende mensen. “Het verbod op ‘coalities’ gold in theorie zowel voor werkgevers als werknemers, maar in de praktijk beperkte dit uiteraard alleen de collectieve actie van arbeiders.” Volgens hem is de hedendaagse aanval op het stakingsrecht een logisch onderdeel van de neoliberale strategie om de sociale rechten af te bouwen.

Stakingen in de praktijk

Inge Paeshuys, vakbondssecretaris van ACV-Bouw-Industrie-Energie voor de regio Antwerpen, getuigde over de stakingen bij het bedrijf Lanxess Rubber. “Die stakingen kwamen er pas nadat de directie maandenlang elk overleg over onze sociale eisen naast zich neerlegde. Die eisen lagen al jaren op tafel. In haar betrokken getuigenis vertelde zij over de manier waarop de directie van het bedrijf poogde om via gerechtelijke beslissing de stakingsleiders te neutraliseren. “Gelukkig werd de klacht ongegrond verklaard.” Uiteindelijk werd met behulp van de overheidsbemiddelaar een oplossing afgedwongen. “Zonder de stakingen had dit nooit gekund.”

Michel Jacobs was tot 2008 ‘penitentiair agent’ (gevangenisbewaarder) en is sindsdien federaal secretaris van de overheidssector Justitie voor het CGSP (de Franstalige ACOD). Hij bekritiseerde de intentie van de federale regering om in de gevangenissen een vorm van ‘minimale dienstverlening’ af te dwingen. “Er is te weinig personeel, er zijn geen middelen voor de opvang van gedetineerden, zowel hun arbeidsvoorwaarden als de onze zijn onaanvaardbaar slecht, er wordt bijna niet geïnvesteerd in maatschappelijke reïntegratie van gedetineerden. Sociaal overleg heeft de overheid niet op andere gedachten gebracht.”

In de gevangenissen wordt al jarenlang op regelmatige tijdstippen gestaakt. De gevangenisbewakers worden dan vervangen door politie, die daar niet voor opgeleid zijn. “Stakingen zijn echter ons laatste drukkingsmiddel. België is al meermaals veroordeeld door het Centrum voor de Preventie van Folteringen (CPT) van de Raad van Europa. Toch pleit deze regering voor minimale dienstverlening, alsof er niets aan de hand is. Wat betekent dat trouwens concreet?”

“Het CPT is formeel. De Belgische gevangenisinfrastructuur is compleet onaangepast. De bewaking, verpleging en verzorging van gedetineerden is tergend slecht en de oorzaken van die mistoestanden worden niet aangepakt. Stakingen zijn ons allerlaatste drukkingsmiddel.”

De juridische argumenten

Advocaat Jan Buelens is bij Progress Lawyers Network verantwoordelijk voor het departement sociaal recht, samen met zijn collega Leila Lahsainni. Zij gaven een historisch overzicht van het stakingsrecht en sociale actie in het algemeen, vooral sinds de jaren 1970. Na de erkenning van het stakingsrecht door de ondertekening van de verdragen van de International Arbeidsorganisatie (ILO) in 1949 werd het recht op staken geleidelijk aan wetgevend vastgelegd, meer bepaald in de ILO-Conventies 87 en 98.

“Sinds 1967 is deelname aan stakingen op zich geen rechtsgeldig motief meer voor het beëindigen van een arbeidscontract. Het stakingsrecht zelf werd echter pas sinds 1981 echt erkend. In andere landen staat dat zelfs in de grondwet. Hier is de wettelijke verankering vooral gebeurd door gerechtelijke beslissingen. Sinds eind jaren 1970 staat dat recht terug meer onder druk. Meer en meer bedrijven stappen naar de rechter om sociale conflicten te beslechten.”

Buelens en Lahsainni legden een aantal Europese arresten uit en gingen verder in op de Belgische aanpak van het recht op collectieve actie. Het idee van minimale dienstverlening in bepaalde overheidssectoren, het toenemend gebruik van het begrip ‘politieke staking’ en het wetsvoorstel voor het ‘recht op werk’ zijn zovele middelen om sociale actie moeilijker en moeilijker te maken.

John Hendy

De meest begeesterende toespraak van het colloquium kwam van de Brit John Hendy. Reeds dertig jaar is hij een van de leidinggevende advocaten van Groot-Brittannië in rechtszaken die tegen vakbondsmensen en tegen sociale acties worden gevoerd. Zijn boodschap was duidelijk.

“Laat jullie rechtse regering niet doen wat onze rechtse regeringen met ons hebben gedaan, sinds Margaret Thatcher… Dit gaat ook veel verder dan Europa. Wat nu gebeurt is een uitloper van wat in Mexico, Colombia, India, Zuid-Korea en overal ter wereld gebeurt. In Groot-Brittannië begon dit al in 1979. Dit is een massale aanval op alle verworvenheden van de naoorlogse sociale welvaartsstaat…”

“In 1979 werkten 82 procent van alle Britse werknemers nog met arbeidsvoorwaarden die in een CAO waren vastgelegd. Vandaag is dat minder dan 20 procent. De gevolgen zijn catastrofaal. Acht op de tien werkende mensen in Groot-Brittannië hebben geen degelijke sociale bescherming meer. De lonen zijn in elkaar gezakt. De arbeidsvoorwaarden zijn abominabel.”

“Thatcher wist wat ze deed. Er zat een duidelijk plan achter. Dit was een gigantisch plan voor herverdeling van de rijkdom naar boven. In 1909 werden na jarenlange stakingen de zogenaamde Wages Councils opgericht (een systeem van sectorieel loonoverleg). In 2013 werd de allerlaatste nog bestaande Wage Council afgeschaft.”

“Ja, in Groot-Brittannië is staken bij wet ’toegelaten’. Lijkt geweldig. In werkelijkheid zijn er zoveel technische restricties dat het in de praktijk onmogelijk is geworden. Je mag bijvoorbeeld niet staken uit solidariteit met andere bedrijven, zelfs niet in dezelfde sector, zelfs niet met andere fabrieken van hetzelfde bedrijf. Het Brits/Amerikaans neoliberaal project wordt zo massaal opgedrongen aan de rest van de wereld.”

“De rijken werden nog veel rijker. Voor de rest van ons werd het alleen maar slechter. Voor het algemeen belang is dit catastrofaal. Als de lonen omlaaggaan, daalt de consumptie. Uiteindelijk gaat die neerwaartse spiraal leiden tot economische recessie. De Europese landen doen nu net het omgekeerde van wat ze zouden moeten doen om er weer uit te geraken. Je moet het tegenovergestelde doen van besparen. Give money to the workers! Die potten dat niet op in buitenlandse banken maar geven dat in eigen land uit en doen zo de economie draaien.”

“Uiteindelijk komt het hierop neer: vakbondsrechten zijn mensenrechten. Dit gaat over het behoud van onze beschaving. Het recht op staken is essentieel voor de sociale strijd voor rechtvaardigheid en welvaart voor iedereen. Zonder dat drukkingsmiddel heb je niets meer om totale uitbuiting tegen te houden.”

Mensenrecht

Alexis Deswaef, advocaat te Brussel en voorzitter van de Franstalige afdeling van de Liga voor Mensenrechten, ging dieper in op dat aspect van het stakingsrecht. “Dit is een essentieel sociaal mensenrecht. Het staat specifiek in Artikel 23, punt 4, van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens. Het is bijzonder verontrustend dat het stakingsrecht in de anti-terrorismewet vermeld staat als een ‘uitzondering’, alsof moet verduidelijkt worden dat dit een ‘getolereerde’ vorm van criminele actie zou zijn.”

Deswaef behandelde ook uitgebreid de nefaste impact van het systeem van de GAS-boetes op het recht op betogen. “Er word gespeeld met het idee om het leger in te zetten tegen foorkramers, tegen dokwerkers. Dit is overigens een probleem van alle recente regeringen. De huidige regering gaat – weliswaar extremer – op de lijn van de vorige regeringen verder. Er zijn nu al meer dan 50 delicten strafbaar met GAS-boetes. Niets belet dat stakingen weldra ook worden aangepakt met behulp van de wet op het antiterrorisme.”

De vakbonden aan het woord

Olivier Valentin (ACLVB), Marc Leemans (ACV), Rudy De Leeuw (ABVV) over het stakingsrecht (© Mieke Van Dessel)
Olivier Valentin (ACLVB), Marc Leemans (ACV), Rudy De Leeuw (ABVV) (© Mieke Van Dessel) over het stakingsrecht

Op een colloquium over het stakingsrecht is de deelname van de vakbondsleiders evident. ACV-voorzitter Marc Leemans, ABVV-voorzitter Rudy De Leeuw en Olivier Valentin, chef van de studiedienst van het CGSLB (de Franstalige ACLVB) namen het woord. Zijn vertolkten eensgezinde principiële standpunten en relativeerden de inhoudelijke verschillen.

Valentin: “We moeten terug de legitimiteit van vakbondsactie afdwingen in de media, van het belang van CAO’s, van sociaal overleg want het is niet alleen het stakingsrecht dat nu onder druk staat.”

Rudy De Leeuw benadrukte nogmaals: “Stakingsrecht is mensenrecht. Zonder dat recht, die stok achter de deur, die je niet per se altijd gebruikt, maar waarvan je tegenstander weet dat je die hebt, zonder dat middel is vakbondsstrijd voor sociale rechtvaardigheid onmogelijk. De ILO heeft 70 jaar strijd gevoerd om dit recht internationaal af te dwingen.”

“Overigens zijn de rechtse krachten wél voor stakingen als hen dat goed uitkomt. Zij vielen over elkaar heen om hun steun te betuigen voor de stakingen van Solidarnosc in Polen tegen het communistisch regime daar. Zodra de situatie in Polen was veranderd, waren zij er als de kippen bij om de sociale strijd daar terug aan banden te leggen. De eis voor minimale dienstverlening is een rechtstreekse aanval op de sociale strijd. Het echte doel is ‘maximale’ dienstverlening aan de laagste prijs, sociale afbraak, vernietiging van de vakbonden.”

Marc Leemans ging dieper in op de internationale dimensie van het stakingsrecht. “Reeds in het Verdrag van Versailles van 1919 stonden clausules die werden overgenomen door de ILO waarin het recht op sociale actie werd erkend. Het patronaat zat na de Eerste Wereldoorlog in zak en as en moest wel ingaan op de sociale eisen voor rechtvaardigheid. Daarna is hun strijd tegen de vakbonden terug ingezet. Inderdaad, op de staking van de Poolse scheepswerven van Gdansk kwam nooit patronale kritiek, tot ze daar zelf het roer in handen kregen. In de ILO wordt de confrontatie met de werkgevers alsmaar bitsiger. Je leest daar niets over in de media, maar de internationale erkenning van onze sociale rechten is in gevaar. De bedrijfswereld wil af van het sociaal overleg en zet al zijn energie in op politieke lobbying bij de regeringspartijen.”

De gerechtelijke aanpak

Jean-François Neven, raadsheer bij de Franstalige afdeling van het Arbeidshof van Brussel, drukte zijn bezorgdheid uit over de tendens om sociale conflicten steeds meer voor de rechtbank te beslechten. Een recente beslissing van het Europees Comité voor Sociale Rechten bepaalt dat beperkingen van elementaire grondrechten, zoals het recht om deel te nemen aan een stakingspiket, moeten gebaseerd zijn op een wet. Gerechtelijke procedures in kortgeding zijn daarvoor ongeschikt. Ze zijn immers onvoorspelbaar, omdat ze volledig van wisselvallige interpretaties van rechters afhangen. Dit ondermijnt de rechtszekerheid.

Advocate Marianne Petré is juridisch adviseur van de FGTB (ABVV). Zij lichtte de problematiek toe van de eenzijdige verzoeken aan de rechtbank. Die procedure laat toe om sociale acties te doorbreken zonder dat de betrokken partij gehoord wordt. Hoewel in theorie tijdelijk van aard – in afwachting van een tegensprekelijke beoordeling en vonnis ten gronde – hebben dergelijke eenzijdige beslissingen een definitief effect, omdat ze de slagkracht van sociale acties ondermijnen.

Mathieu Beys, assistent aan de ULB en auteur van het boek Quels droits face à la police drukte zijn onrust uit over het alsmaar toenemend gebruik van politie en deurwaarders om sociale acties te verbieden. Meer en meer wordt de politie ingezet om stakingen te breken. Daarbij overtreedt de politie voortdurend verschillende wettelijke bepalingen. Daar wordt echter nauwelijks tegen opgetreden. Als dat al gebeurt, is de betrokken sociale actie al lang geneutraliseerd. Hij lichtte ook kort toe wat een staker kan doen die met degelijke repressieve handelingen wordt geconfronteerd.

Het colloquium werd beëindigd met een debat tussen Frédéric Daerden (PS), Peter Mertens (PVDA), Stefaan Vercamer (CD&V), Bjorn Roszka (Groen) en Sophie Wilmès (MR), waarbij vooral bekende standpunten werden bevestigd.

Progress Lawyers Network bundelde de toespraken op het colloquium en voegde er een aantal relevante juridische analyses aan toe. De syllabus ‘Stakingsrecht: een bedreigd democratisch recht?” kan worden verkregen bij www.progresslaw.net.

Artikel oorspronkelijk verschenen in DeWereldMorgen.be.