Ramp Bangladesh moet sociale vooruitgang forceren

Ramp Bangladesh moet sociale vooruitgang forceren

dhaka factory

FacebooktwitterFacebooktwitter

De historische tragedie van sociale vooruitgang is dat er dikwijls rampen nodig waren om sociale eisen verwezenlijkt te krijgen. Dat is nog altijd zo. De kledingsmerken moeten onmiddellijk twee overeenkomsten tekenen: één voor compensatie van slachtoffers en familie, één voor bouw- en brandveiligheid van gebouwen. Daarnaast moet er volledige transparantie komen over de lokalisatie van het productieproces.

Schone Kleren Campagne

De organisatie Schone Kleren Campagne is al 15 jaar actief voor de sociale rechten van textielarbeiders in de wereld. Dat is met vallen en opstaan gebeurd. Ben Vanpeperstraete, coördinator van de campagne, ziet toch een positieve evolutie.

“In de loop der jaren is de bewustwording bij de publieke opinie gestaag gegroeid en de laatste twee weken, na de ramp van Rana Plaza, is er een nooit voorheen gezien gevoel van betrokkenheid bij de burgers. Daar moet gebruik van gemaakt worden om de zaken in goede richting te forceren”.

Vanpeperstraete denkt dat er vooral moet gefocust worden op concrete verbeteringen van de situatie ter plaatse. Volgens hem moet dat op twee niveau’s gebeuren. Eerst en vooral moeten de kledingmerken een overeenkomst ondertekenen voor een compensatieregeling voor de slachtoffers en hun families. Die zou zowel de medische kosten als het loonverlies voor de familie moeten dekken. Op dit ogenblik wordt over een dergelijke compensatieregeling onderhandeld met een aantal bedrijven.

Het dodental staat op vrijdag 10 mei om 9 uur Belgische tijd op 1042 en nog is alle puin niet geruimd (regelmatige update).

Daarnaast moet er een overeenkomst komen die betere constructie- en brandveiligheid moet garanderen van de fabrieken. De campagne is er gekomen na de brand in een fabriek in Bangladesh in 2005 en kwam in een stroomversnelling na de ramp van november 2012 waarbij 117 personen omkwamen.

De Schone Klerencampagne ziet in de laatste tragische ramp van Rana Plaza een mogelijk kantelmoment om dit soort afspraken algemeen ingang te doen vinden in de textielsector.

De media lopen achter op de publieke opinie

“Er is de laatste twee weken wel degelijk een enorme toename van het bewustzijn over sociale normen voor kleding bij de mensen. Het risico bestaat natuurlijk dat ook nu weer de mainstream-media na een paar weken de hele problematiek zullen verhuizen naar de kleine berichtjes. Toch is de bewustwording onmiskenbaar. Mainstream-media volgen dat niet, maar die zijn nu eenmaal geen goede indicatoren van het collectieve geheugen van de mensen.”

“Het grote probleem is ook nog dat mensen zich enerzijds wel bewust zijn van de problematiek, maar anderzijds bij gebrek aan informatie dat bewustzijn nog niet vertalen naar gericht koopgedrag. De hele textielsector moet veranderen. De ramp van Rana Plaza moet bovendien ook goodwill creëren voor hervormingen in andere economische sectoren die gebruik maken van lageloonlanden.”

Bangladesh is voor 70-80 procent van zijn export afhankelijk van de textielsector. Er moet dus ook druk komen op de overheid daar om de bestaande wetgeving af te dwingen en waar nodig nieuwe wettelijke initiatieven te nemen. Er kan ook druk worden uitgeoefend vanuit de EU.

Zelfs uberliberaal Karel De Gucht, Europees commissaris voor handel, en Catherine Ashton, Europese vertegenwoordiger voor buitenlandse zaken, pleiten er nu voor om de handelsovereenkomsten met Bangladesh te herbekijken. Bangladesh geniet nu nog van gunsttarieven voor export naar de EU.

Made in Bangladesh

Wie op een Belgische markt tomaten koopt weet waar die vandaan komen. Dat is informatie die de verkoper verplicht moet geven aan zijn klanten. Hetzelfde geldt voor de meeste producten, van spuitwater tot auto’s, alles heeft een gekend land van productie. In de textielsector is dat niet zo.

Uiteindelijk moet de bewijslast omgedraaid worden. De meeste merken waren er als de kippen bij om te ontkennen dat ze met de rampfabriek van Rana Plaza iets te maken hadden. Deze bedrijven moeten zonder meer de lijst openbaar maken van de exacte locaties waar hun kledij dan wel wordt vervaardigd.

Het ultieme drukkingsmiddel blijft uiteindelijk de publieke opinie. Het blijft cynisch dat een dergelijke gruwelijke ramp nodig is om vooruitgang te boeken. Daar staat tegenover dat deze ramp uiteindelijk er voor kan zorgen dat er geen nieuwe slachtoffers vallen én dat duizenden textielarbeiders eindelijk een eerlijk loon voor hun werk krijgen.

Artikel oorspronkelijk verschenen in DeWereldMorgen.be.